Precisielandbouw is hot. Maar in de melkveehouderij was ze dat eigenlijk twintig jaar geleden al, toen de melkrobot zijn opwachting maakte in de (melk)stal. Toch zet ook hier de automatisering, de robotisering en vooral het data-driven management zich de laatste jaren verder door. “Precisielandbouw is niet hetzelfde als het volplakken van koeien met sensoren zodat de productie omhoog kan. Het draait om een optimale bewaking van het dierenwelzijn.”
In 2008 kostte honderd liter melk de melkveehouder 22 euro aan voer, dierenartskosten, elektriciteit en transport. Daar komen de werktuigkosten bij en de prijs voor de grond en de gebouwen, en dat komt neer op zo’n 13 euro per 100 liter.
Op 1 april 2015 schafte de Europese Unie de melkquota af, na 31 jaar. Tot die dag had elke lidstaat van de Europese Unie een nationaal quotum voor levering en rechtstreekse verkoop van melk. De quotaregeling was van toepassing op elke producent die koemelk en/of daarvan afgeleide zuivelproducten in de handel brengt of gratis afstaat.
Het systeem van melkquota werd in 1984 ingevoerd omdat er overschotten aan melkproducten waren ontstaan: de zogenaamde 'boterberg' en 'melkplas'. Elke producent die koemelk of zuivelproducten in de handel bracht, moest zich aan een individueel quotum houden. De individuele quota bleven samen onder het nationale quotum. Door de stijgende vraag naar zuivelproducten in zowel Europa als in de rest van de wereld kwam het systeem ter discussie te staan. Beperkingen op de melkproductie leidden volgens sommigen tot een verlies aan marktaandeel op de wereldmarkt, bijvoorbeeld aan de Verenigde Staten en China.
Na het afschaffen van de quota, steeg de melkproductie en daalde de prijs. In het vierde kwartaal van 2015 lag de melkprijs 11,5 procent lager dan in dezelfde periode in 2014.
Een andere boosdoener is het Russische embargo, dat er voor zorgde dat de prijs in 2015 32,7 procent lager lag dan in het laatste kwartaal van 2013, vlak voor het embargo. Het dieptepunt kwam in juli 2016. Toen kregen de Belgische boeren 20-25 eurocent per liter, terwijl de kostprijs van een liter melk 32 cent bedraagt. Voor veel boeren was dit een ramp, omdat ze net extra investeerden om te kunnen uitbreiden na het wegvallen van de quota. Ter compensatie biedt de Europese commissie steun aan boeren die hun productie beperken.
Deze grafiek toont de gemiddelde melkprijzen per jaar, tot en met 2017. De grafiek toont een daling in 2015, als gevolg van het afschaffen van de quota in april. De prijsdaling in 2009 is te wijten aan een verminderde vraag, ten gevolge van de crisis in 2008 en het melamineschandaal in China. (zie verder)
Definitieve cijfers over 2019-2020 zijn nog niet bekend. De Belgische boerenbond verwacht dat de melkprijs zal blijven toenemen, maar blijft voorzichtig met voorspellingen op lange termijn. Risicofactoren zijn de droge zomers die ertoe leiden dat krachtvoer duur blijft, één van de grootste kosten voor een melkveehouder en de Brexit. 7 procent van onze melk wordt uitgevoerd naar het Verenigd Koninkrijk. Verstrengde controles en importtarieven kunnen het prijskaartje van die export doen toenemen. Daarnaast zullen de prijzen in 2020 blijven dalen door een instabiele markt als gevolg van de coronacrisis.
De coronacrisis laat zich ook voelen bij de melkboeren. Er is minder vraag naar melk en nog altijd een overaanbod. Dus kelderen de prijzen opnieuw. Net zoals tijdens de melkcrisis in 2009 en 2016 besliste de Europese Commissie om boeren te steunen door een deel van hun melkpoeder op te kopen en later weer vrij te geven als de markt opnieuw stabiel is. In 2016 was dat ongeveer 22.000 ton melkpoeder.
Dat systeem verliep in 2016 niet zo vlot. Na een paar maanden bracht Europa het poeder alweer op de markt, veel te vroeg volgens boeren omdat de prijs nog te ontstabiel was. Als reactie voerden melkveehouders uit alle hoeken van Europa toen een symbolische actie door een ton melkpoeder uit een tractor los te laten op het gebouw van de Raad van de Europese Unie in Brussel.
In mei 2020 deden boeren deze actie nog eens over, dit keer om steun te vragen in plaats van als kritiek en - omwille van social distancing in verband met corona - niet met poederverstrooiing in Brussel maar over hun eigen akkers.
Enkele Belgische melkboeren zijn iets beter beschermd tegen het effect van crisissen zoals de economische crisis in 2008, de Brexit en het coronavirus. Colruyt en zuivelverwerker Inex spraken namelijk in het voorjaar 2020 met 330 melkveehouders een transparante marktprijs af die ze vijf jaar lang garanderen voor een vastgelegd percentage (18,5%) van het aangekochte melkvolume.
Zo kan je vandaag al melk kopen waar de deelnemende boeren een vast bedrag van 34,76 euro per liter voor krijgen. Je kan ze in Colruyt herkennen aan het huismerk van de keten, Boni Selection, waar het opschrift “Wij steunen de Belgische melkboeren, en nu jij ook!” op staat. Het gaat om magere, volle en halfvolle melk, lactosevrije melk en room.
In 2018 voerde België 2.324.032 ton melkproducten uit, goed voor 3,4 miljard euro. We importeren iets meer dan 2,5 miljoen ton melkproducten. Het feit dat we meer in- dan uitvoeren, is geen slecht nieuws. Het grootste verschil tussen invoer en uitvoer zit op melkproducten in bulk. Dat komt omdat we zodanig veel derivaten als yoghurt en kaas in ons land produceren, dat we van elders melk moeten invoeren die in ons land verder wordt verwerkt. Dat zorgt dan weer voor meer jobs in de verwerkingsindustrie.
De export naar China van Nederlands melkpoeder is het laatste decennium vervijftienvoudigd. Dat heeft alles te maken met het Chinese melamineschandaal in 2008. Melamine is een stof die onder andere gebruikt wordt bij de productie van houten platen voor vloeren, als ingrediënt van kunsthars. Om het eiwitgehalte hoger te doen lijken, had een Chinese fabrikant de stof toegevoegd aan melkpoeder. Met als gevolg dat meer dan drieduizend kinderen last kregen van nierproblemen en zes kinderen het niet overleefden. In 2010 werd in China opnieuw melamine in melkproducten ontdekt. Het wantrouwen voor de eigen zuivelfabrikanten voedt de buitenlandse import. Ook België exporteert melkproducten naar China, waarvan 50 procent bestaat uit melkpoeder.
Onze persoonlijke zuivelvoorraad voor een jaar weegt ongeveer 73,7 kilogram. Gemiddeld drinkt de Vlaming jaarlijks 37,5 liter melk, ofwel 1,22 deciliter per dag. Het globale gemiddelde ligt iets hoger: 1,35 deciliter per dag.
Melk is het populairst in Centraal-Amerika, waar de gemiddelde inwoner dagelijks 3,77 deciliter consumeert. In het oosten van Azië en in Oceanië is de consumptie het laagst. Daar drinken ze gemiddeld minder dan 0,59 deciliter per dag. Een globale studie onder volwassenen toont aan dat melk populairder is bij de oudere bevolking dan bij jongvolwassenen.
Op 1 juni is het wereldmelkdag. Die werd voor het eerst georganiseerd in 2001, door het FAO. Verschillende organisaties gebruiken die dag om de consument te sensibiliseren en de positieve eigenschappen van melk in de kijker te zetten. Zo laat Dierenartsen Zonder Grenzen elk jaar Manneken Pis verkleed als Nigeriaanse veehouder melk plassen, om aandacht te vragen voor het belang van de veehouderij in de strijd tegen armoede en honger in Afrika. Ook kon je met een koeienselfie – #cowfie – een cadeaubon winnen.
Sojamelk, tofukaas en cashewyoghurt bestaan niet in Europa. Tenminste, zo staat het niet op de verpakking. Europese verordening 1234/2007 bepaalt dat ‘de benaming melk uitsluitend gebruikt mag worden voor het product dat normaal door de melkklieren wordt afgescheiden en wordt verkregen door het melken, zonder dat daaraan stoffen worden toegevoegd of onttrokken.’ Aanpassingen aan het vetgehalte, zoals bij halfvolle en magere melk, zijn wel toegestaan. Amandelmelk, kokosroom en kokosmelk en veganistische ijsjes zijn een uitzondering op de regel.
Sindsdien bracht een Europees voorstel om de regels voor andere ‘novel foods’ die zuivel- en vleesproducten vervangen door plantaardige alternatieven ook te verstrengen een maatschappelijk debat op gang. Als dat voorstel, ergens in de loop van 2020, wordt goedgekeurd, zullen fabrikanten van veggieburgers, tofu steaks of vleesvrije kip op basis van polenta en quorn op zoek moeten naar creatieve benamingen als ze hun producten in Europa willen verkopen. Groentenschijf zou misschien de nieuwe groentenburger kunnen worden.
Als het aan de zuivelfabrikanten lag hadden ze al lang in koeienletters ‘maakt u gezonder’ op hun drankjes met probiotica gezet, maar dat mag niet van Europa. Wetenschappers zijn nochtans formeel: "de effecten zijn ontegensprekelijk, we moeten ze alleen nog beter bewijzen." Binnenkort dus toch op je potje yoghurt? Niet zo snel. Het kan zijn tijd nog wel duren.