Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Filter
Milieu Sociaal Gezondheid Dierenwelzijn toon alles

Hoe werkt dat, zo'n tracé?

In een tracé volg je al scrollend de weg die een product aflegt, van de teelt tot afval. In de menubalk bovenaan klik je op de verschillende stadia in het tracé om meteen te springen naar het stadium waarin je interesse hebt. 

Linksboven staan de vier categorieën Milieu, Sociaal, Gezondheid en Dierenwelzijn. Je kunt de informatie filteren op die categorieën.

Tijdens het scrollen kom je de knop 'Laad meer info over ...'. Druk daarop om alle informatie binnen een stadium te laden.

Tussen de informatieblokjes kom je ook artikels tegen waarin onze journalisten dieper ingaan op een opmerkelijk aspect binnen het tracé van het product. 

Onderaan deze pagina kun je reacties plaatsen over de informatie die je hebt gelezen. Ook op de Community-pagina vind je mogelijkheden om je mening, aanvulling, of compliment te geven.

Veel plezier met dit tracé!

sluiten

Tracé van Aardappel

hoe werkt dit?
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn

Tracé van Aardappel

filter: Milieu

Intro

Teelt

Milieu

Zuinig met water

Per 1.000 liter water verbruikt bij de teelt, levert de aardappel 5.600 calorieën. Vergelijk dat met de 3.860 calorieën die maïs produceert, de 2.300 van tarwe en de 2.000 van rijst. Bovendien levert de aardappel per 1.000 liter water 150 gram proteïne op. Dat is het dubbel van wat tarwe en maïs opleveren. Ook brengt de aardappel voor die kubieke meter water 540 gram calcium aan: het dubbele van wat tarwe, en het viervoudige van wat rijst oplevert.

Rijst heeft zelfs een grotere voetafdruk dan aardappelen als je rekening houdt met het veel hogere gehalte droge stof van rijst.
Milieu

Aardappelen bevatten veel water

Aan de andere kant bevatten aardappelen veel water: ongeveer 80 procent. De Cranfield Universiteit (VK), bracht dit in rekening toen ze de watervoetafdruk van aardappelen vergeleek met die van Indische basmatirijst en Italiaanse pasta

Rijst en pasta bevatten ongeveer 10 à 14 procent water. De onderzoekers deden in dat geval dus de berekening op basis van het gehalte droge stof: zonder het water in die voedingswaren. Ze concludeerden dat de rijst ook dan een grotere waterverbruiker is dan aardappelen. Pasta bleek dan een soortgelijke watervoetafdruk te hebben als aardappelen.

Milieu

Broeikaseffect

De koolstofvoetafdruk geeft de hoeveelheid broeikasgassen weer die veroorzaakt is. Die hoeveelheid wordt uitgedrukt in CO2-equivalenten. Cranfield Universiteit (VK) bepaalde de CO2-voetafdruk van enkele voedingsproducten en hield daarvoor rekening met tal van aspecten, zoals onder andere productie, transport en koelmiddelen. Volgens die berekening heeft de aardappel een koolstofvoetafdruk die vergelijkbaar is met die van granen.

Inheemse mensen rapen aardappelen in de heilige vallei van de Inca's nabij Cuzco, Peru, Zuid-Amerika.
Milieu

De eerste gedomesticeerde aardappel ontstond in Peru, tussen 5000 en 8000 voor Christus. Ook nu zijn er nog Peruaanse boeren die aardappelen telen in de bergen. Velen van hen zijn arm. Maar tegelijk bewaken ze een grote schat, want daar is de grootste biodiversiteit aardappelen te vinden.

Milieu

Peru's genetische schatkamer

Van de grote variëteit aardappelrassen in Peru kan gebruik gemaakt worden om tal van nieuwe variëteiten te creëren. Genetische diversiteit is ook goed voor natuur en milieu.

In het kader van het behoud van de genetische diversiteit van de aardappel, ontstond in 2014 AGUAPAN, de Asociación de Guardianes de Papa Nativa del Centro de Perú. Wie er lid van wil worden, moet voldoen aan enkele criteria. Je moet bijvoorbeeld bekend staan als hoeder van de diversiteit aan aardappelen, en je moet minstens vijftig variëteiten handhaven. 

Het initiatief wordt financieel gesteund door enkele donoren die het belangrijk vinden dat de genetische schatkamer van aardappelen in de regio gehandhaafd blijft. Onder hen het Peruviaanse nationale instituut voor landbouwinnovatie, INIA. 

Op dit moment zijn 43 boerenfamilies lid van AGUAPAN. Ze dragen zorg voor ongeveer 1.000 variëteiten. INIA is ook verantwoordelijk voor het Registro Nacional de la Papa Nativa Peruana (RNPNP), het Nationaal Register van de Peruviaanse inheemse aardappel. Die wil de diversiteit van de Peruviaanse aardappelen beschermen. Hoeders, zoals deze van AGUAPAN, helpen daarbij.

Productie van bioaardappelen in Europa.
Milieu

Aardappelen, ook in bio

Voordat een aardappel, en elk ander voedingsproduct, biologisch genoemd mag worden, moet het voldoen aan de normen van de Europese biowetgeving. Al die normen staan opgesomd in een officieel lastenboek. 

De wetgeving is in de EU overal hetzelfde, al duiken er hier en daar soms interpretatieverschillen op. Dat komt omdat het Europese landbouwbeleid altijd vertaald moet worden naar nationale wetgeving. Zo geeft niet elk land dezelfde definitie aan de term ‘regionaal’.

In de grafiek vind je de vijf landen die in 2017 de meeste bioaardappelen produceerden.

Milieu

Er is de laatste jaren steeds meer vraag naar bioaardappelen. Helaas is het moeilijk om aardappelen biologisch te telen. Boeren die op gangbare wijze werken, mogen namelijk de aardappelziekte tegengaan met synthetische bestrijdingsmiddelen. Dat zijn bestrijdingsmiddelen die door chemische reacties tot stand zijn gekomen. Een bioboer mag die niet gebruiken.

Sarpo Mira aardappelen is een van de robuuste biorassen die bioboeren gebruiken.
Milieu

Robuuste biorassen

In plaats van met synthetische bestrijdingsmiddelen, proberen bioboeren om hun oogst op andere manier te beschermen. Bijvoorbeeld door sterke aardappelrassen te kiezen die van nature of dankzij klassieke veredeling resistent zijn. Robuuste biorassen zijn onder meer Biogold, Carolus, Connect en Sarpo Mira. Rem op de doorbraak van die rassen is dat groothandel en winkeliers bereid moeten worden gevonden deze nog weinig bekende rassen in de markt te zetten. Geen sinecure, want ook de consumenten kiezen liever voor rassen waarmee ze vertrouwd zijn.

Milieu

Bioaardappelen extra vroeg planten

Een andere optie is dat de boeren zorgvuldig de periode kiezen wanneer ze hun aardappelen planten. In een regio waar de kans op de aardappelziekte groter is laat op het jaar, zoals in België, is het verstandig om extra vroeg in het jaar aardappelen te planten – en eventueel ook vroege rassen te kiezen. Ook kunnen de boeren meer ruimte tussen de planten laten om de ziekteverwekker af te remmen. En natuurlijk zorgen ze voor een gezonde bodem. Die mag bijvoorbeeld niet te lang zompig zijn.

Milieu

Bestrijdingsmiddelen met koper

Bij acute problemen met de aardappelziekte kunnen Belgische bioboeren hun toevlucht nemen tot bestrijdingsmiddelen met koper. Die worden niet als synthetische bestrijdingsmiddelen beschouwd.  

Omdat koper bij te frequent gebruik schadelijk is voor organismen in bodem en water, zijn er landen waar dit niet is toegestaan. Een voorbeeld is Nederland. Daar is koper wel toegelaten als meststof: de concentratie is dan lager

Sommige van de Nederlandse bioboeren komen evenwel bij hoge dreiging van phytophthora in de verleiding zoveel van die meststof te gebruiken, dat dit dan eigenlijk te beschouwen is als oneigenlijk gebruik van die meststof als bestrijdingsmiddel. Daarom gaan daar stemmen op om het koper gewoon volledig te verbieden

Milieu

Europees biolabel

Biologische aardappelen herken je aan het groene Europese biolabel op de verpakking. Informatie over waar het Europese biolabel precies voor staat, vind je hier.

Milieu

Drukkende droogte

De klimaatverandering lijkt zich, zoals voorspeld, onder meer te uiten in periodes van langere droogte. Aardappeltelers en -verwerkers vrezen dat dit steeds vaker zal voorkomen. Als dat klopt, was 2018 een voorbode. De aardappelen waren kleiner dan gewoonlijk, zodat de oogst gemiddeld 30 à 35 procent lager lag. Aangezien de meeste boeren vóór de teelt contractueel vastleggen aan welke prijs per kilo ze verkopen, is dit financieel rampzalig voor velen onder hen.

Ook bij de fabrieken die later hun aardappelen verwerken tot bijvoorbeeld frieten, wordt gemord: omdat er minder aardappelen zijn, kunnen ze minder aardappelen verwerken, die bovendien kortere frieten en kleinere chips opleveren.

Allicht zullen boeren in de toekomst vaker met beregeningsinstallaties of druppelbevloeiing hun aardappelen water moeten geven. Dat zal aardappelen wel duurder maken, en oefent natuurlijk extra druk uit op de watervoorraden in onze landen

Milieu

Dramatische oogst door droogte

Verwerking

Milieu

Biobereid

Er zijn strikte regels voor wie biobereidingen wil maken van biogrondstoffen. Dat geldt ook voor bioaardappelen. Een basisprincipe is dat verwerkte producten zo weinig mogelijk toevoegingen mogen krijgen

De Europese biowetgeving ondersteunt dat idee: het gebruik van additieven, hulpstoffen en technieken is beperkt. Natuurlijke aroma's mogen wel. Bovendien moet 95 procent van de ingrediënten van biologische oorsprong zijn, en ingrediënten op basis van genetisch gemodificeerde organismen (ggo's) zijn niet toegelaten.

Biologische aardappelbereidingen herken je aan het groene Europese biolabel op de verpakking. Als de bioaardappelen onverpakt zijn, herken je ze aan de kistkaart: die hangt aan de kist waarin ze worden verhandeld. De kaart vermeldt van welk bedrijf het product afkomstig is. Bij biologische groenten staat steeds het woord ‘biologisch’ vermeld.Dat is een wettelijk beschermde term. 

Aardappelschillen en andere zetmeelhoudende afvalresten leveren bij vergisten biogas op. Dat gas zorgt, na verbranding in de verbrandingsmotor, voor warmte en elektriciteit.
Milieu

Van aardappelschil tot elektriciteit

Aardappelverwerkende bedrijven investeren steeds meer in milieuzorg. Dat blijkt uit een bevraging die Hogeschool Howest deed in West-Vlaanderen. Die provincie is de belangrijkste drijvende kracht in de Belgische aardappelwereld. 

Volgens de enquête werd gemiddeld 20 procent van het investeringsprogramma in de periode 2010-2014 gespendeerd aan ingrepen die de fabrieken milieuvriendelijker en duurzamer moeten maken. De meeste bedrijven investeren in technologie voor het vergisten van aardappelschillen en andere zetmeelhoudende afvalresten. Hierbij ontstaat biogas – waar het bedrijf energie van maakt – ofwel door het biogas direct te verstoken. Ofwel door het – wat heel vaak gebeurt – in een warmtekrachtkoppeling om te zetten in elektriciteit en warmte. Andere voorbeelden van milieugerelateerde inspanningen zijn investeringen in zonnepanelen en eigen waterzuivering.

Milieu

Bij de verwerking van aardappelen ontstaan verschillende reststromen. Denk aan aardappelschillen, snippers (stukjes aardappel die niet voldoen voor verdere verwerking), pulp en afvalwater.

Milieu

Soms worden de reststromen onder de noemer afval geplaatst, maar dat neemt niet weg dat de meeste van deze reststromen nuttig ingezet (kunnen) worden. Heel vaak wordt er veevoer van gemaakt, of biogas. Soms zijn er nog andere toepassingen. Bijvoorbeeld als meststof op velden verspreiden. Of nog: er zetmeel uit winnen, en soms zelfs struviet (een fosfaatrijke meststof) of metalen.

Een eetlustremmer met aardappeleiwitextract Credit: Swanson Australia
Milieu

1001 bestemmingen voor de reststromen

Voor sommige reststromen wordt een andere toepassing gezocht. Want gebruik in veevoer brengt weinig financiële opbrengst met zich mee. En verspreiden van pulp en afvalwater als meststof op landerijen levert enkele risico's op, zoals te veel zout in de bodem, en overbemesting.

Wetenschappers zoeken daarom naar meer hoogwaardige toepassingen. Bijvoorbeeld er eiwit uit winnen dat dan dienstdoet als vervanger van ei- en zuiveleiwit in yoghurts, roomijs, smeermiddelen en ga zo maar door. 

Of nog: door er stoffen uit te winnen die vermarktbaar zijn als voedingssupplement, eetlustremmer, als middel om het ranzig worden van oliën te remmen, om er alkaloïden uit te winnen waarvan geneesmiddelen te maken zijn, er is melkzuur uit te halen, en nog veel meer.

Milieu

50 procent afval!

De hoeveelheid reststromen kan groot zijn. Wist je dat bij de verwerking van consumptieaardappelen tot 50 procent wordt geklasseerd als afval (dat is inclusief afvalwater)?

Milieu

Van alle aardappelbereidingen gaat de meeste massa verloren bij het maken van diepvriesfrieten. Om één kilo te maken, is al gauw twee kilo aardappelen nodig. Dat komt vooral door het waterverlies; een aardappel bestaat nu eenmaal uit 80 procent water. Dat verdwijnt massaal uit het product, onder meer bij het bakken. Na het water gaat de meeste massa verloren via de schillen

Transport

DBV-Ackerbautagung 2013
Milieu

In het aardappelrijke HAFPAL-gebied (begrensd door Hamburg, Frankfurt, Parijs, Londen) kopen de meeste bedrijven hun aardappelen bij boeren die zich gemiddeld 100 à 150 kilometer van de fabriek bevinden. Ter vergelijking: de afstand Brussel-Amsterdam bedraagt 174 km in vogelvlucht.

Een heftruck zet houten kratten met aardappelen in een vrachtwagen. Engeland.
Milieu

Vervoer van water

Dat de bedrijven liever geen grote afstanden afleggen, heeft een goede reden. Wie aardappelen vervoert, transporteert eigenlijk voor 80 procent water, dat bij de verwerking voor een deel verdwijnt. Zo verdampt er bijvoorbeeld heel wat water uit de frieten bij het bakken ervan. Het is dus beter voor het milieu – én de portemonnee – om het verwerkte product te transporteren dan de aardappel zelf

Milieu

Aardappelen met stootplekken kunnen soms niet worden gebruikt in het eindproduct. Dat is dan voedselverlies, wat vanuit milieustandpunt en financieel oogpunt nefast is. En als een aardappel met stootplekken wel nog net bruikbaar blijkt, riskeert hij de kwaliteit van het eindproduct te doen dalen.

Credit: ZIBO Valmat
Milieu

Valbrekers en valmatten

Om stootplekken te voorkomen, worden bijvoorbeeld lange ritten vermeden. Ook moet het transportmateriaal stootplekken helpen voorkomen, onder meer door rubberen valbrekers of valmatten. Die zijn voorzien in rooimachines. En ook in vrachtwagens, die het leeuwendeel van de aardappelen transporteren.

Milieu

Verplaatsing in biostijl

Wie biologische producten wil transporteren, moet enkele regels
respecteren. De wetgever eist vooral dat de transporteur ervoor zorgt
dat gangbare en biologische producten strikt gescheiden blijven.

Consumptie

Aardappelautomaat Raf Patat in Geel.
Milieu

Korte keten

In de zogenaamde korte keten verkoopt de producent rechtstreeks, of in een samenwerkingsverband, aan de consument. Het gaat met name over hoeveverkoop. 

Het aantal Belgische consumenten dat aardappelen koopt op de hoeve, neemt wel af. In de plaats daarvan staan vooral supermarkten in voor een steeds groter deel van de verkoop aan de consument.


Groete en fruit op een boerenmarkt komt rechtstreeks van de boer.
Milieu

Voordelen van korte keten

Aan de korte keten worden zowel milieuvoordelen als sociale en economische voordelen toegeschreven. Ze zou dus duurzamer zijn.

In het geval van het milieu: als de boer rechtstreeks verkoopt aan de consument, hoeven de aardappelen geen omweg te maken via fabrieken en supermarkten. Dat levert minder voedselkilometers op. Er wordt in de korte keten ook minder vaak met meegeleverde verpakkingen gewerkt. En er is minder energieverbruik, denk bijvoorbeeld aan koeling om producten te bewaren of te verpakken.

Op de website Recht van bij de boer vind je verkooppunten van boeren die hun producten aanbieden via korte keten.

Afval

Milieu

Verse aardappelen worden vaak verkocht in netzakjes of papieren zakjes. Verwerkte aardappelen, zoals diepvriesfrieten, zitten gewoonlijk in plastic zakken. Ze komen bij het restafval terecht.

Schillen van aardappelen, groente en fruit kunnen bij het gft-afval of in de compostemmer.
Milieu

Composteren

Aardappelschillen zijn composteerbaar. Ze horen thuis bij het groente-, fruit en tuinafval.

Een eekhoorn vond een volledige fastfoodmaaltijd in een vuilnisbak.
Milieu

Voedselverlies

In Belgische en Nederlandse huishoudens maken verse en verwerkte aardappelen 10 procent van de voedselverliezen uit. De schillen zijn niet in dat getal vervat. Dat komt neer op bijna 5 kilogram per persoon, per jaar.

www.voedselverlies.be
Milieu

Percentage van alle voedselverlies

In de grafiek zie je welke voeding Vlaamse huishoudens teloor laten gaan. 66 procent van het verloren gegane voedsel is vast. 34 procent is vloeibaar (soep, koffie, thee, een deel van de zuivel, andere dranken). Voor koffie en thee betekent dit dus dat de gemiddelde Vlaming 14 % van zijn of haar koffie of thee wegspoelt.

De top drie oorzaken voor het verlies volgens Vlaamse huishoudens zijn: teveel bereid of ingeschonken hebben, producten zijn bedorven of niet meer lekker, en er geen zin meer in hebben.

Het gaat hierbij over elke vermindering van voedsel dat geschikt is voor menselijke consumptie. Bijproducten zoals aardappelschillen en een klokhuis worden beschouwd als oneetbaar. Die weggooien, wordt dus niet als voedselverlies beschouwd.

artikel

Milieu

Waarom we maar de helft van onze aardappelen opeten

Iets meer dan de helft van alle geteelde aardappelen redt het van veld tot vork. De rest gaat verloren op verschillende plekken langs de keten. Het maakt van de aardappel een van de meest verspilde gewassen. Waar in de aardappelketen gaat het precies mis? En hoe kunnen we de verspilling tegengaan?

Merel Deelder

Journalist - Gespecialiseerd in het ethisch perspectief van milieu, voeding en veeteelt.
Milieu

CO2-tracé

Carbon Trust, een bedrijf opgericht door de Britse overheid, analyseerde de koolstofvoetafdruk van chips. Het kwam aan 75 gram CO2-equivalenten per kilo. Als we ervan uitgaan dat een auto gemiddeld 255 gram CO2 per kilometer uitstoot, is de koolstofvoetafdruk van een zakje chips van 200 gram (15 gram) gelijk aan die van een autorit van 59 meter. Wie elke week zo'n zakje eet, komt in een jaar aan een koolstofvoetafdruk die gelijk is aan die van een autorit van drie kilometer.

Bij die analyse is ook onderzocht voor welk aandeel broeikasgassen elke stap in het tracé van chips verantwoordelijk is. 44 procent van de uitstoot komt vrij bij de teelt, 30 procent bij de verwerking, 15 procent bij verpakken, 9 procent bij transport en 2 procent in de afvalfase.