De zon schijnt, vogels fluiten en de knoppen groeien weer aan de bomen. Ofwel, het voorjaar dient zich aan. En daarmee ook een klein leger aan wildplukkers, klaar om zich tegoed te doen aan al het lekkers dat de natuur te bieden heeft. "Wildplukken is hot", zo constateert het Nederlandse Staatsbosbeheer. Maar niet iedereen is onverdeeld enthousiast. Natuurpunt: "De wildpluk is voor sommigen een soort doos van Pandora."
"Mensen die op mijn cursussen afkomen zoeken verbinding met hun voedsel. Ze willen weten waar het vandaan komt en het liefst met hun eigen handen uit de aarde trekken"
"Kijk, hier ligt zo 300 euro voor het oprapen!” Edwin Florès wijst naar een grote losgescheurde dennentak op de grond. “De storm is mijn beste vriend. Hij werpt het lekkers zo voor mijn voeten. De dennennaalden kan ik verkopen aan chefs, die hier vaak flink wat geld voor willen neertellen."
Florès is professioneel wildplukker. Hij verdient zijn geld door wildgeplukte kruiden en planten te verkopen aan restaurants, boeken te schrijven over wildplukken en, zoals vandaag, met het geven van cursussen aan beginnende wildplukkers.
"Met dennennaalden kun je alle kanten op", verklaart Florès op deze zonnige zaterdag aan een vijftiental cursisten. "Je kunt er heerlijke thee van zetten, of ze toevoegen aan een wildschotel. Je kunt ze kneuzen en vervolgens op arachideolie zetten. Dan krijg je smaakvolle dennennaaldenolie, lekker voor over een salade bijvoorbeeld. En straks in mei komen uit de knoppen zachte nieuwe naalden. Die kun je door boter kloppen tot een frisse dennennaaldenboter."
Florès gidst ons door de bossen en parken van Arnhem. Bij alles wat eetbaar en lekker is dit vroege voorjaar krijgen we een korte uitleg. "Kijk hier, de uitlopers van bramen, die smaken naar kokos. Tropische smaken, die je hier zelf kunt plukken in het park. Ik gebruik ze vaak in oosterse gerechten, door een curry bijvoorbeeld."
Ik proef inderdaad een vleugje kokos, wanneer ik een beginnende uitloper in mijn mond stop. En ook de structuur heeft een beetje dat droge, brokkelige van verse kokosnoot. Veel tijd om de smaak tot me door te laten dringen is er niet, want Florès staat alweer verderop een nieuw verhaal te houden. "Dit zijn hopscheuten, die kun je zo rauw eten", praat een van de cursisten me bij. "Ze lijken qua smaak wat op taugé", vertelt Florès aan de groep, terwijl hij nog een paar scheuten uit de grond trekt. "Je kunt ze kort koken, maar ze zijn ook heerlijk door een salade."
"Onderzoek toont aan dat mensen zich rustiger voelen nadat ze in contact met de natuur zijn geweest. Tijdens het bij elkaar sprokkelen van je eigen avondmaal komt het gehaaste leven van onze moderne tijd even tot stilstand"
Bijna wekelijks trekt Florès met een groep cursisten de natuur in. Met iedere cursusdag stoomt hij weer een nieuwe groep potentiële wildplukkers klaar. Florès zijn wildplukcursussen zitten sinds een aantal jaar goed vol, net als die van het Vlaamse Forest to Plate. Goed nieuws zou je denken, iedereen weer wat nauwer in contact met de natuur. Toch is niet iedereen blij met deze ontwikkeling. Boswachters en natuurorganisaties in zowel Vlaanderen als Nederland vrezen voor de impact op de natuur wanneer de wildpluktrend zich verder ontwikkelt.
Wat doet wildplukken precies met de natuur? Hoe kunnen we plukschade beperken? En waarom kopen wildplukkers hun eten eigenlijk niet gewoon in de winkel?
Volgens Agnes van den Berg, omgevingspsycholoog en hoogleraar natuurbeleving aan de Rijksuniversiteit Groningen, zijn wildplukkers vooral op zoek naar verbinding met de natuur. "En wat geeft nu meer verbondenheid dan van de natuur te eten? Het zoeken van voedsel is een oerinstinct; onze voorouders, de jagers en verzamelaars deden het al. Onderzoek heeft aangetoond dat mensen zich rustiger voelen nadat ze in contact met de natuur zijn geweest. Tijdens het bij elkaar sprokkelen van je eigen avondmaal komt het gehaaste leven van onze moderne tijd even tot stilstand."
Florès merkt een vergelijkbare behoefte. "Mensen die op mijn cursussen afkomen zoeken verbinding met hun voedsel. Ze willen weten waar het vandaan komt en het liefst met hun eigen handen uit de aarde trekken."
Daarnaast zal het relatief beperkte aanbod in supermarkten ook een rol spelen. Wie heeft er immers weleens dennennaalden of hopscheuten in de winkel zien liggen? Wildplukken kan dus een plezierige bezigheid zijn. Maar mag het eigenlijk wel?
"Op het wildplukken van planten en vruchten zien we minder strikt toe dan op paddenstoelen. Het plukken van een handje bramen gedogen we bijvoorbeeld"
Om natuurverstoring te voorkomen is de wetgeving rondom wildplukken strikt: "Het is eenvoudigweg verboden", verklaart Bart Hoeymans, boswachter in regio Hoogstraten. "Al zeg ik daar wel meteen bij dat we op het wildplukken van planten en vruchten doorgaans iets minder strikt toezien dan op paddenstoelen. Het plukken van een handje bramen gedogen we bijvoorbeeld. Als je 's zomers in een bos komt, en er hangen sappige bramen aan de struiken, dan hoort een beetje wildplukken er wel bij. Voor ons valt of staat alles bij of het plukken voor eigen gebruik is of niet. En dat kun je over het algemeen wel aflezen aan de hoeveelheden."
Ook het Nederlandse Staatsbosbeheer staat wildplukken op kleine schaal en voor eigen gebruik toe. Zij gedogen een hoeveelheid van 250 gram per persoon. Verkoop van wildgeplukte lekkernijen uit de bossen en parken van zowel het Nederlandse Staatsbosbeheer als Natuur en Bos van de Vlaamse Overheid is uiteraard niet toegestaan. Florès raadt daarom altijd aan om toestemming te vragen aan de lokale park- of boswachter, of uit te wijken naar privébossen of -weides.
"De combinatie van de geplukte hoeveelheid en de zeldzaamheid van de soort bepaalt of wildplukken problematisch voor de natuur wordt"
De strikte wetgeving is er natuurlijk niet voor niets; die dient om onze kwetsbare natuur te beschermen. Wat zijn precies de gevolgen van wildplukken voor de natuur? Volgens Kris Verheyen, professor Bosecologie en Bosbeheer aan UGent, hangt dat af van twee factoren. "Enerzijds heb je de zeldzaamheid van de soort. Dennen bijvoorbeeld, daar hebben we er ontzettend veel van. Daarom heeft het plukken van dennennaalden niet zoveel impact. Anderzijds dien je te kijken naar de hoeveelheden die worden geoogst. Het kan niet de bedoeling zijn om volledige dennentakken uit het bos weg te slepen. De combinatie van de geplukte hoeveelheid en de zeldzaamheid van de soort bepaalt of wildplukken problematisch voor de natuur wordt."
"Nu is daslook een typisch voorbeeld waarbij het plukken snel problematisch wordt", vervolgt Verheyen. "Niet ver van waar ik werk, in de Vlaamse Ardennen, is een streek waar deze plant vaak in grote hoeveelheden groeit. Het ligt er als het ware als een tapijt op de grond. Er zijn alleen niet veel plaatsen waar het nog voorkomt. Voor wildplukkers is het een interessante soort. Daslook heeft namelijk veel culinaire mogelijkheden – in de Oost-Europese keuken wordt het veel gebruikt, en ook steeds meer Vlaamse restaurants hebben het op de menukaart staan – en is makkelijk herkenbaar. Aangezien het in grote hoeveelheden staat, is het ook nog eens ontzettend makkelijk te oogsten. Doet men dat op kleine schaal, een paar blaadjes hier en daar, dan leidt een populatie daar niet onder. Maar pluk je meerdere vierkante meters, dan richt je echt schade aan."
Naast de afweging tussen de hoeveelheid die je plukt en de zeldzaamheid van de soort, noemt Verheyen nog een factor die bepalend is voor de impact op de natuur: de mate waarin de wildplukkers van de paden afwijken. "Dat kan vooral bij het plukken van daslook problematisch zijn. De bodem waarop daslook groeit is vaak erg gevoelig voor verdichting", zo legt hij uit. "Ga je daar met z’n allen overheen lopen, dan leidt dat snel tot verstoring van het bodemleven en de daarop groeiende daslook."
Ook Roosmarijn Steeman, wetenschappelijk medewerker bij Natuurpunt, waarschuwt voor de gevolgen van buiten de gebaande paden treden. "Mensen denken misschien dat dit wel meevalt; onze voeten zijn immers maar klein. Maar uitgerekend daarom veroorzaken we op een kleine plek ontzettend veel druk op de bodem. Misschien wel net zoveel als een zware machine."
"Zelf zie ik duidelijk het verschil”, vertelt Steeman. "In bossen waar gespeeld wordt, groeit haast niets omdat alles er simpelweg platgelopen wordt. Terwijl in bosreservaten, waar mensen geen toegang hebben, alles vrijuit kan groeien. Dan zie je hoe groot de impact van onze aanwezigheid is."
Tijdens de wildplukwandeling leidt Florès ons regelmatig van het pad af. Het lekkers groeit immers niet altijd direct langs het pad. Het is precies wat Steeman vreest: "Je kan wildplukkers wel zeggen: ‘blijf op de paden’, maar mensen zullen stiekem van de paden afgaan, op zoek gaan naar lekkers, op plekken waar ze eigenlijk niet mogen zijn."
Goede richtlijnen voor wildplukkers kunnen hier soelaas bieden. Zeker als je weet dat de zeldzaamheid van soorten sterk kan verschillen per locatie, zo benadrukt Hoeymans. "In de regio waar ik werk, is klaverzuring bijvoorbeeld niet wijd verspreid. Mochten mensen die hier gaan oogsten, dan word ik daar echt niet blij van. Maar in andere regio’s komt klaverzuring veel meer voor, waardoor het plukken van enkele blaadjes daar minder uitmaakt."
"Wat we nodig hebben, zijn richtlijnen per locatie", stelt Steeman. "Voor elk natuurgebied moet heel duidelijk omschreven worden wat er wel of niet kan. Dat overlaten aan de wildplukker zelf is onmogelijk, want dat zou betekenen dat die zich eindeloos zou moeten verdiepen in elke locatie. Wij moeten voorschrijven welke soorten waar geplukt kunnen worden en wat dient te blijven staan."
Het is precies waar Natuurpunt momenteel mee bezig is. "Het thema leeft namelijk ontzettend", verklaart Steeman. Natuurpunt organiseert daarom zelf ook het een en ander rondom wildplukken. "We houden bijvoorbeeld proefwandelingen en geven bushcraftcursussen waar wildpluk een onderdeel van is. Maar het blijkt niet eenvoudig om richtlijnen op te stellen waar iedereen binnen Natuurpunt zich in kan vinden."
"Sommige collega’s vrezen dat als we wildplukrichtlijnen naar buiten brengen, we het signaal geven dat wildplukken prima is. En dat we hiermee nog meer mensen uitnodigen om te gaan plukken. Voor hen is het wildplukken als de doos van Pandora. Zij zien daarom liever helemaal geen wildplukrichtlijnen."
Toch beoogt Natuurpunt binnen afzienbare tijd wildplukrichtlijnen naar buiten te brengen. "We kunnen niet langer om het onderwerp heen", stelt Steeman.
Bovendien heeft Steeman ook collega’s die net als zijzelf juist voordelen in het wildplukken zien. "Met de wildplukactiviteiten die Natuurpunt aanbiedt, spreken we een hele nieuwe groep mensen aan", aldus Steeman. "Mensen die de natuur op zich maar saai vinden, maar die wel van lekker eten houden. Zij krijgen nu ineens interesse, omdat ze merken dat de natuur nuttig voor ze kan zijn."
Ook Verheyen ziet de positieve kanten van de groeiende interesse in wildplukken. "Hiermee groeit een gevoel van verbondenheid met de natuur. Zo ontstaat er in de maatschappij meer respect voor de natuur en interesse om deze te behouden en te koesteren. Dat effect is weliswaar indirect, maar kan op termijn zeker leiden tot steun voor natuurbeheer en -behoud."
Volgens boswachter Hoeymans kunnen wildplukkers de natuur zelfs op de korte termijn een dienst bewijzen. "De Japanse duizendknoop is een invasieve exoot. Wanneer dit lokaal uit de hand loopt, zetten we weleens schapen in om deze weg te laten begrazen. Maar we kunnen natuurlijk net zo goed wildplukkers inzetten om de plant te oogsten. Want als ik me niet vergis, is de Japanse duizendknoop perfect eetbaar."
Steeman beaamt dit. "De scheuten kun je als rabarber klaarmaken. Dat is ontzettend lekker. Ik geloof ook dat het goed is om meer lokaal te eten. We kopen van alles in de supermarkt, dure superfoods die van over de hele wereld komen, terwijl het zevenblad dat gewoon in je tuin staat, ontzettend lekker en gezond is."
"Gelukkig bestaan er een heleboel niet zeldzame planten die ook nog eens lekker en gezond zijn", vervolgt Steeman. "Denk aan brandnetels, fluitenkruid, vlier, of look-zonder-look. Stuk voor stuk soorten die veelvuldig aanwezig zijn en je direct langs het wandelpad kunt aantreffen. En dat is exact waar we naartoe moeten: het niet-schadelijke wildplukken. Want daar profiteert zowel mens als natuur van."