Zeewier zou je kunnen bestempelen als superfood, maar daarvoor is het bij ons nog te onbekend. In Azië hoort zeewier bij het traditionele voedsel.
‘Zeewier’ is een algemene naam voor ‘mariene macro-algen’, plantachtige wezens die meestal leven in de kustzone en zich vasthechten aan een rots of aan een andere harde ondergrond. Het woord ‘macro’ plaatst het meercellige zeewier tegenover de eencellige ‘microalgen’: microscopisch kleine algen die afzonderlijk niet met het blote oog zichtbaar zijn en uit één cel bestaan (al dan niet met een zwemstaartje).
In de toekomst kan zeewier een antwoord bieden op het voedselvraagstuk. Zout water bedekt niet minder dan 70 procent van het aardoppervlak, en momenteel benutten we het nauwelijks. Naar schatting is er wereldwijd 48 miljoen vierkante kilometer zee geschikt om zeewier te telen: bijna drie keer de oppervlakte van Rusland! Zeewier eist bovendien geen schaarse hulpbronnen op, zoals zoet water, en in tegenstelling tot andere gewassen is bij zeewier zo goed als alles eetbaar.
Net als planten doen zeewieren aan fotosynthese, waardoor ze voedingsstoffen kunnen aanmaken met behulp van licht en CO2. Taxonomen delen hen in bij uiteenlopende groepen. Ze worden gezien als deel van de algen en sommige behoren tot de planten, andere weer niet. Wat wel zeker is, is dat de landplanten afstammen van een soort wier.
Van de ongeveer 12.000 bekende soorten zeewier, gebruiken we er slechts 221 commercieel. 145 daarvan eten we in hun geheel op, 110 dienen voor de productie van verdikkingsmiddelen (fycocolloïden) voor in voeding of medicijnen.
Na de oogst wordt de nori eerst gewassen in zeewater, daarna in zoet water. De fabrikant snijdt het wier in stukjes en droogt het in vierkante vellen.
Om zeewier te verwerken, moet het zout eerst weggewassen worden. Dat maakt het proces ingewikkeld en duur. Britse onderzoekers vonden een oplossing: een nieuwe verwerkingsmethode die gebaseerd is op katalysatoren (chemische stoffen) die het zeewier afbreken zonder dat wassen en drogen nodig is. Deze innovatie biedt mogelijkheden voor het grootschalig verwerken van zeewier.
Zeewier koop je vers of in de gedroogde vorm. Gedroogd kan je het gebruiken als een smaakmaker die je in snippers over je gerecht strooit. Je kan het wier ook opnieuw hydrateren door het onder te dompelen in water. Vers of gerehydrateerd zeewier past goed in een salade of een soep. Je kan het ook eten als snack of verwerken tot een drankje of dessert.
De jongste jaren verschijnen er steeds meer producten met zeewier in de rekken. Een greep uit het gamma: kelp noodles, sea bacon en zeewierthee. Een Nederlands bedrijf bedacht de Dutch Weed Burger: een vegetarische burger van bonen en kombu.
In Europa bevinden de verwerkingsfabrieken zich dicht bij de plaatsen waar het zeewier groeit.
Door de fabriek dicht bij de plaats te zetten waar het zeewier groeit, beperkt de industrie de kosten voor het transport van nat wier. En ze wordt zo niet weggeconcurreerd door de import van gedroogd zeewier.
Gedroogd zeewier en het poedervormige bindmiddel (agar, carrageen, alginezuur) wordt meestal per boot vervoerd in zakken, gestapeld in een container.
Vooral in Azië komt zeewier in zijn geheel op het bord, als ‘groente uit de zee’. In Japan, de grootste consument, eet een gemiddelde persoon dagelijks vier tot acht gram zeewier (droog gewicht). Het gaat vooral over kombu (Japanse kelp), nori en wakame.
In Europa eten vooral de Fransen zeewier als een groente in gerechten. Voorbeelden zijn ‘Kombu Breton’ en zeesla (Ulva sp.). Van oudsher wordt het roodwier ‘dulse’ (Palmaria palmata) gegeten in IJsland, Ierland en Schotland. Laverbread is een traditioneel Welsh gerecht, gemaakt met laver (Porphyra umbicalis), een soort nori.
Hoewel de interesse voor zeewier stijgt, is het in Europa nog steeds ongebruikelijk om zeewier te eten. Wel zit het vaak in bewerkte voeding als verdikkingsmiddel: alginezuur (alginaat), agar of carrageen. Omdat zeewier niet ingebakken zit in onze cultuur, is het voorlopig nog onduidelijk hoe groot de zeewierconsumptie kan worden in de toekomst. Dat ondanks het label van ‘superfood’, dat zeewier al jaren draagt.
Ze bevatten meer eiwitten dan biefstuk en meer ijzer dan spinazie. Bovendien groeien ze ook in zout water, verdubbelen ze dagelijks in omvang en slorpen ze CO2 op. Toch zijn ze als voedingsproduct nog niet echt doorgestoten. Algen bezitten een enorm potentieel, maar willen we ze wel op ons bord?
Deze tabel toont de toepassingen voor verschillende soorten zeewier:
Het biologisch afbreekbare plastic PolyLactic Acid (PLA), kan gemaakt worden op basis van maïs, bieten, tarwe of suikerriet. Dankzij onderzoek van de Universiteit van Wageningen, kan het nu ook op basis van zeewier. PLA kan je na gebruik recycleren of composteren.
Een Deens bedrijf dat carrageen produceert, vindt het jammer dat er tijdens de productie zoveel andere nuttige stoffen verloren gaan. Het bedrijf importeert het roodwier Euchemia spinosum en onttrekt er het bindmiddel aan, maar de eiwitten, natuurlijke kleurstoffen en antioxidanten worden niet gebruikt. Daarom ontwikkelde het bedrijf een methode om ook die stoffen uit het zeewier te halen. De bedoeling is om ze op termijn te verwerken in voedingsproducten en veevoeder.
Een sjaal geverfd met zeewierpigment, een tapijt dat bestaat uit zeewiergaren en visnetten? Het textiel van de toekomst komt recht uit de zee. Tenminste, als het afhangt van Nienke Hoogvliet, een Nederlandse ontwerpster die onderzoek doet naar het potentieel van zeewier in kledij en decoratie. ‘Binnenkort zou iedereen kunnen rondlopen in zeewierkleren.’ Hoe? Dat legt Hoogvliet uit in de vijf vragen die ik haar voorleg.