Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Filter
Milieu Sociaal Gezondheid Dierenwelzijn toon alles

Hoe werkt dat, zo'n tracé?

In een tracé volg je al scrollend de weg die een product aflegt, van de teelt tot afval. In de menubalk bovenaan klik je op de verschillende stadia in het tracé om meteen te springen naar het stadium waarin je interesse hebt. 

Linksboven staan de vier categorieën Milieu, Sociaal, Gezondheid en Dierenwelzijn. Je kunt de informatie filteren op die categorieën.

Tijdens het scrollen kom je de knop 'Laad meer info over ...'. Druk daarop om alle informatie binnen een stadium te laden.

Tussen de informatieblokjes kom je ook artikels tegen waarin onze journalisten dieper ingaan op een opmerkelijk aspect binnen het tracé van het product. 

Onderaan deze pagina kun je reacties plaatsen over de informatie die je hebt gelezen. Ook op de Community-pagina vind je mogelijkheden om je mening, aanvulling, of compliment te geven.

Veel plezier met dit tracé!

sluiten

Tracé van Noten

hoe werkt dit?
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn

Tracé van Noten

filter: Milieu

Intro

Teelt

Een amandelboomgaard in Spanje, een duidelijk voorbeeld van een monocultuur.
Milieu

Op de paranoten in het Amazonewoud na, zijn de meeste notenteelten een voorbeeld van monocultuur waarbij op grote plantages alleen maar notenbomen staan. Doordat er op grote oppervlaktes maar één notensoort groeit, zijn de bomen kwetsbaarder voor ziektes en voor aantasting door slechte micro-organismen. 

Het gevolg is dat telers vaker en steeds meer pesticides moeten gebruiken, maar ook dat de bestuiving niet altijd vlot verloopt (zie verder). Daarbij zorgt de klimaatverandering voor langere periodes van droogte en onvoorziene temperatuurschommelingen.

Een meer duurzame aanpak, omdat die de biodiversiteit verhoogt, is agroforestry: boslandbouw met een combinatie van bomen, veeteelt of landbouwgewassen. Initiatieven op dat vlak zijn momenteel eerder kleinschalig. 

Miljarden bijen sterven in de amandelteelt door onder andere pesticidengebruik.
Milieu

Stijgende vraag naar noten

De vraag naar alle soorten noten is de laatste tien jaar wereldwijd gestegen. Het valt te verwachten dat die trend zich doorzet. Noten passen perfect in een plantaardig dieet en bieden tal van gezondheidsvoordelen (zie verder bij consumptie). Nu al kan er niet voor alle soorten aan de vraag voldaan worden. Het aanbod van macadamia’s is bijvoorbeeld beperkt en slechte weersomstandigheden hebben de voorbije jaren het aanbod van hazelnoten en pistaches flink verminderd. Ook de amandelteelt staat voor een aantal uitdagingen door waterschaarste en bijensterfte.

Rijen dode amandelbomen door waterschaarste.
Milieu

3,8 liter water voor een amandel

Amandelen doen het goed in droge gebieden, maar om de opbrengst zo hoog mogelijk te houden vragen de bomen extra irrigatie. In Californië vraagt een amandel 3,8 liter water. Daardoor zet de teelt de hele staat onder druk: Californië kende de afgelopen tien jaar een periode van extreme droogte, toch bleef het aantal amandelplantages stijgen. Dat zorgt voor onvrede bij de inwoners die in 2014 verplicht 25 procent op water moesten besparen, terwijl de amandelteelt buiten schot bleef en de boeren het water in steeds diepere grondlagen gingen zoeken. 

Ter vergelijking: een walnoot vraagt 17,5 liter water, veel meer dan een amandel. Maar walnootbomen groeien in gebieden met minder waterschaarste. 

Een Californische amandelboomgaard-eigenaar houdt een tak van een dode amandelboom vast.
Milieu

Duurzame grondwaterwet moet Californië beschermen

De hoeveelheid water die de amandelboeren in Californië jaarlijks gebruiken bedraagt 3,4 miljard kubieke meter voor net geen 450.000 hectare. In 2015 verbruikten alle Vlaamse huishoudens samen 360 miljoen kubieke meter op 1,3 miljoen hectare. De Californische amandeltelers gebruiken op een jaar dus ruim negen keer zoveel water als alle Vlaamse huishoudens samen

Om het grondwater te beschermen, nam de gouverneur van Californië in 2014 de Sustainable Groundwater Management Act aan die de waterlimiet ook voor boeren beperkt. De wet moet tegen 2040 stapsgewijs leiden tot een duurzaam watermanagement. Nu al wordt voorspeld dat de amandelteelt in de VS daardoor tegen 2060 met 20 procent zal dalen. 

Milieu

Amerikaanse amandelboeren staan voor aantal uitdagingen.

Milieu

Pistacheteelt explodeert

Net zoals de amandelen, groeien de pistaches in de VS in Californië. Sinds 2006 is het aantal hectaren voor de pistacheteelt meer dan verdubbeld tot 3.000 hectare, of een gebied zo groot als Brussel. De verwachting is dat de teelt verder zal boomen: tegen 2024 zou de productie met nog eens 40 procent stijgen. 

De pistacheteelt heeft een aantal belangrijke voordelen in vergelijking met de amandelproductie: pistachebomen dragen sneller vruchten en hebben een derde tot de helft minder water nodig om te groeien. Bovendien produceren ze tot tachtig jaar of langer noten, bij amandelbomen stopt de teelt doorgaans rond twintig jaar. Tot slot heeft de pistachenoot amper verwerking nodig: de noot kraakt zichzelf. 

Enorme paranotenboom en jungle bij zonsopgang, Tambopata River Reserve, Peruaanse Amazone.
Milieu

Paranoten beschermen Amazonewoud

De paranoot biedt economisch een enorm potentieel voor Bolivia, Peru en Brazilië. Slechts 20 procent van de beschikbare noten wordt momenteel geoogst. Arbeiders hebben voorlopig een voldoende groot aanbod op de relatief makkelijk toegankelijke plaatsen in het Amazonewoud. De overige 80 procent groeit dieper in het regenwoud. Zuid-Amerika zou zijn productie dus kunnen verviervoudigen. 

Tal van dorpen in Bolivia, Peru en Brazilië zijn volledig afhankelijk van de economische opbrengst van de paranoot. De bomen produceren alleen vruchten in een gezond en ongestoord ecosysteem. Er zijn knaagdieren nodig om het zaad te verspreiden en bijen voor de bevruchting. Door de stijgende economische waarde van de paranoot beschermt de oogst het regenwoud tegen verdere ontbossing. 

Een agoeti knabbelt op een noot.
Milieu

Oogst paranoten stopt verjonging

Toch houdt de commercialisering van de paranoten ook een gevaar in voor het Amazonewoud. Door intens te oogsten op steeds weer dezelfde plaatsen, is er te weinig aangroei van jonge bomen. Normaal helpen plaatselijke knaagdieren (agoeti’s en staartagoeti’s) met de verjonging van de paranootbomen. Als er een groot aanbod is van gevallen vruchten vol zaad, begraven ze die onder de grond als mondvoorraad voor schaarsere tijden. Op die manier ontkiemen regelmatig kleine boompjes. 

Op plaatsen waar arbeiders intens oogsten, is er minder aanbod voor de knaagdieren. De schaarse capsules die ze vinden, eten ze onmiddellijk op. Doordat ze geen zaden meer onder de grond stoppen, is er op die plaatsen geen noodzakelijke verjonging meer en zal de productie op lange termijn stoppen.

Bron: RIVM Statline 2019
Milieu

Landgebruik van noten

Voor een kilogram noten is tussen 4 en 14 vierkante meter grond nodig. Veel hangt af van het soort noot en of het om intensieve of extensieve landbouw gaat. Bij intensieve landbouw is de productiecapaciteit per hectare hoog zoals bij de amandelteelt in de VS. Bomen staan er relatief dicht bij mekaar en worden bemest en geïrrigeerd. Bij extensieve landbouw is de opbrengst per hectare minder hoog omdat er meer land gebruikt wordt en er minder middelen worden ingezet om de productie zo hoog mogelijk te maken. De hazelnootsector in Turkije is daar een voorbeeld van. 

Er is een trend naar agroforestry, dat boomgaarden combineert met een andere teelt. 

Noten scoren samen met peulvruchten en plantaardige vleesvervangers het laagst op landgebruik. Een aantal voorbeelden van landgebruik per kilogram product zie je in de tabel hiernaast.

Bron: Ritchie (H.) en Roser (M.), Environmental impacts of food (2020)
Milieu

Noten hebben kleinste koolstofvoetafdruk

De noten die wij eten, zijn allesbehalve lokaal geteeld. Je zou denken dat de koolstofvoetafdruk daardoor aantikt. Onderzoek naar de uitstoot van broeikasgassen in de gehele productieketen toont aan dat wat je eet belangrijker is dan lokaal eten. De impact van transport bedraagt maximaal 10 procent van de totale koolstofvoetafdruk, tenzij het voedingsmiddel met het vliegtuig komt. In vergelijking met boottransport stoot het vliegtuig vijftig keer meer CO2-equivalenten uit voor het vervoer van een ton goederen over een kilometer. Noten worden momenteel niet per vliegtuig vervoerd. 

Voor de meeste voedingsmiddelen wordt 80 procent van de koolstofvoetafdruk bepaald door teeltwijze en landgebruik. Het gaat dan over methaanuitstoot van runderen, maar ook over het gebruik van meststoffen, ontbossing en gewasteelt waarbij lachgas ontstaat door bemesting met stikstof. Voeding verwerken, verpakken, transporteren en distribueren zorgt voor de meeste voedingsmiddelen slechts voor een klein onderdeel van de globale uitstoot. 

Als je een rangschikking maakt van voedingsmiddelen naar uitstoot van broeikasgassen, dan scoren noten het laagst. De productie van een kilogram noten stoot 0,3 kg CO2-equivalenten uit. Ter vergelijking: een kilogram chocolade stoot 19 kilogram CO2-equivalenten uit, kaas en melkvee 21 en rundsvlees 60. 

De reden dat notenbomen zo weinig broeikasgassen uitstoten is omdat ze CO2 uit de lucht halen. Door de opname van koolstof wordt de uitstoot van CO2-equivalenten door de teelt quasi tenietgedaan. Wat extra in hun voordeel speelt is dat de vraag naar noten stijgt en de teelt economisch interessant is. Daardoor nemen notenbomen stelselmatig het land van andere gewassen in. De switch naar bomen heeft een positief effect op het klimaat. 

Nieuw aangeplante notenboomgaard met druppelirrigatie in Californië.
Milieu

Watervoetafdruk voor noten is problematisch

De notenteelt is zeer waterintensief. Omdat de vraag naar noten stijgt, neemt ook de zogenaamde waterstress toe. Amandelen staan door hun waterbehoefte al gekend als minder duurzaam, maar ook andere noten groeien in gebieden met waterschaarste.

Om de watervoetafdruk in kaart te brengen moet je de totale hoeveelheid zoet water berekenen die nodig is voor de productie van een notensoort in een bepaalde regio. Het zoet water wordt volgens het model van Hoekstra onderverdeeld in drie soorten: blauw water komt uit oppervlaktewater en de grond, groen water is de regen en grijs water is de hoeveelheid water nodig om afvalwater vol chemicaliën, nitraat, fosfaat en pesticiden te verdunnen tot onder de toegelaten norm. 

75 procent van de noten gebruikt alleen regenwater. Van de 25 procent geïrrigeerde noten, die zowel groen als blauw water verbruiken, wordt 74 procent geteeld in gebieden met waterschaarste. In dat cijfer zitten weliswaar ook pindanoten vervat. Als je de herberekening maakt voor cashewnoten, amandelen, walnoten, pistaches en hazelnoten, ligt het percentage zelfs op 87,3 procent.

Bron: Vanham (D.) et al. Treenuts and groundnuts in the EAT-Lancet reference diet: Concerns regarding sustainable water use. (2020)
Milieu

Amandelen, pistaches en cashews verbruiken meeste water

Een recente studie brengt het blauwe en groene waterverbruik per notensoort in kaart. Als je de totale geïrrigeerde productiehoeveelheid mee in rekening brengt, zijn het vooral amandelen die met een miljoen ton opbrengst per jaar voor waterstress zorgen. 

Pistaches blijken dan verantwoordelijk voor de grootste blue water stress per kilogram noten. Dat wil zeggen dat de bomen zodanig worden geïrrigeerd om de opbrengst te verhogen dat ze de lokale waterbeschikbaarheid bedreigen

Cashews verbruiken dan weer het meeste water in totaliteit. Maar cashewbomen worden minder geïrrigeerd en doen vooral een beroep op regenwater. 

In deze tabel kan je de diverse noten vergelijken. 

Bron grafieken: Vanham (D.) et al. Treenuts and groundnuts in the EAT-Lancet reference diet: Concerns regarding sustainable water use. (2020)
Milieu

Watervoetafdruk van noten vergelijkbaar met vlees

Je kan het waterverbruik van noten bekijken in liter per kilogram opbrengst. Dan is het gemiddeld waterverbruik van amandelen, pistaches, hazelnoten en walnoten volgens de wetenschappelijke studie vergelijkbaar met dat van een kilogram rundvlees.

Als je het waterverbruik per gram eiwitten beoordeelt, dan bevinden alleen pistachenoten zich in dezelfde categorie als rundvlees. Het waterverbruik van amandelen, walnoten en hazelnoten ligt dan iets lager en is vergelijkbaar met dat van varkensvlees.

Bekijk je het waterverbruik per portie, geeft de grafiek weer een ander zicht. Van noten eet je best niet meer dan 25 gram per dag, terwijl een portie vlees honderd gram weegt. 

In de grafieken kan je de waterafdruk van noten vergelijken met die van vlees, per kilogram, per gram proteïne en per portie. Voor de noten is de portie 25 gram, voor vlees honderd gram en twee eitjes.

Nederlandse walnotenboom.
Milieu

Hazelnoten en walnoten kunnen perfect in ons klimaat groeien, maar van een commerciële teelt is momenteel geen sprake. De laatste jaren experimenteren Nederland en België met mengteeltsystemen om de walnoten- en hazelnotenteelt rendabel te maken en tegemoet te komen aan de stijgende vraag naar lokale en duurzame productie. Uit een haalbaarheidsstudie van Wageningen University & Research blijkt dat de commerciële walnoten- en hazelnotenteelt zeker potentieel heeft. Nederland neemt daarin het voortouw met ongeveer zeventig bedrijven op zeventig hectare, in België is de commerciële teelt vrijwel onbestaande.

Notenbomen en maisvelden.
Milieu

Notenbomen en akkerbouw slim combineren

Toch zijn er sinds de start van de Vlaamse boslandbouwsubsidie in 2011 notenbomen aangeplant. De teelt past in de trend naar agroforestry waarbij notenbomen worden gecombineerd met akkerbouw. De bomen zorgen voor beschutting van de eenjarige gewassen tegen extreem weer, hun diepe wortels brengen nutriënten naar de oppervlakte en het koolstofgehalte van de bodem stijgt waardoor ook de productie van die andere gewassen toeneemt. 

Die mengteelt maakt notenbomen interessant, want het grote nadeel is de non-productieve periode van meerdere jaren. Walnootbomen hebben acht jaar nodig eer ze vruchten dragen, hazelnootbomen vijf jaar. Wie wil investeren moet rekening houden met een lange terugverdientijd. 

Verwerking

Een arbeider verzamelt pistachenoten die in de zon zijn gedroogd in een verwerkingsbedrijf in de Iraanse hoofdstad Teheran.
Milieu

Elke noot zijn vochtpercentage

Het vochtgehalte van noten varieert van soort tot soort tussen 30 en 45 procent. Ook de manier van oogsten heeft een invloed: bij het mechanisch schudden van bomen zijn de noten vochtiger dan wanneer ze spontaan op de grond vallen. 

Ook het finale vochtpercentage verschilt van soort tot soort, afhankelijk van de hoeveelheid vetten in de noot. Hoe meer vet, hoe groter de kans op vetbederf dat de noot ranzig maakt. Hoe minder vocht de noot finaal bevat, hoe kleiner kans op bederf.

Walnoten moeten na het ontbolsteren en wassen zo snel mogelijk drogen tot maximaal 8 procent vochtgehalte. Voor amandelen en pistaches moet het vochtpercentage tot onder 6 procent zakken, bij pecan- en hazelnoten rond 4,5 procent. Macadamianoten bevatten het grootste aantal onverzadigde vetten en bewaren het best bij een vochtpercentage van 1,5 procent.

Transport

Consumptie

Milieu

Zowat alle supermarkten bieden noten met een Fairtrade keurmerk dat eerlijke en correcte arbeidsomstandigheden garandeert. Biologisch geteelde noten zijn daarentegen moeilijker te vinden. Veel consumenten percipiëren noten an sich al als bio, waardoor er minder specifieke vraag naar is. Grote plantages met noten in monocultuur gebruiken evenwel pesticides, maar consumenten zijn zich daar niet altijd van bewust. Omdat de vraag klein is, blijft het aanbod beperkt.

Afval

Milieu

In 2018 noteerde de Food and Agriculture Organization (FAO) een notenproductie van meer dan vijftien miljoen ton wereldwijd. Het FAO hanteert een gemiddeld afvalpercentage van 40 procent bij alle noten. Vijftien miljoen ton oogst levert dan zes miljoen ton notendoppen op. Daarnaast zijn er ook nog bolsters als afvalproduct.

De doppen van macadamianoten worden gebruikt als mulch.
Milieu

Recyclage tot veevoeder, mulch of meststof

Halfweg de vorige eeuw zochten wetenschappers al naar mogelijke toepassingen om notendoppen en bolsters te recycleren. Toen was er sprake van een jaarlijkse afvalberg van ‘nog maar’ 907.200 ton aan notendoppen. Fijngemalen deden de doppen en de bolsters dienst als veevoeder, maar ook als mulch en meststof. Daarnaast gebruikten landbouwers de doppen als bulkmiddel in insecticides en pesticides. Op die manier gingen de stoffen minder vernevelen en was er minder verlies.

Biochar kan onder meer van notendoppen gemaakt worden.
Milieu

Notendoppen zijn veelzijdig afvalproduct

Een klassieke uitweg voor notendoppen is ze als stalstrooisel gebruiken in de veeteelt. Maar de afzetmarkt is de afgelopen jaren divers geworden. Het materiaal zet aan tot tal van experimenten. Je vindt doppen terug in houtskool, spaanplaat, bio-afbreekbaar plastic, karton, brandstof, grondverbeteraar, verf en vernis, scrubs, maar evengoed als remvloeistof in je auto of als zandstraalmateriaal. En notendoppen kunnen als biochar de uitstoot van broeikasgassen beperken.

Milieu

Notendoppen filteren water en lucht

Als je notendoppen verbrandt in een zuurstofarme omgeving krijg je houtskool of zuivere koolstof. Die kan in koolstoffilters water en lucht zuiveren. In de medische sector kunnen verbrande notendoppen als actieve kool vergiftiging tegengaan. Alle notensoorten komen voor dat proces in aanmerking.

Dejaeghere R. Gebruik van biochar in milieutechnische toepassingen (2013)
Milieu

Notendoppen vormen waardevolle biomassa

Als je organische stoffen zoals notendoppen onder hoge temperaturen verbrandt, krijg je verschillende producten. Enerzijds krijg je biochar dat op houtskool lijkt, maar opnieuw in de bodem wordt verwerkt. Anderzijds krijg je biobrandstof, in de vorm van olie en gas.

Milieu

Notendoppen als propere brandstof

De meest voor de hand liggende en algemeen erkende toepassing om notendoppen te recycleren, is ze omzetten naar biobrandstof. Die energiebron dient zowel om elektriciteit als warmte op te wekken. Bij de verbranding van cashewdoppen is het belangrijk om eerst de bijtende Cashew Nut Shell Liquid te verwijderen, anders is de brandstof vervuilend en zelfs giftig. Omdat er veel kapitaal nodig is om zulke fabrieken te bouwen, blijft de notenindustrie zoeken naar andere toepassingen voor hun afval.

Milieu

Bij het ontdoppen van cashewnoten moeten arbeiders zeer voorzichtig zijn. Elke dop bevat 25 à 35 procent Cashew Nut Shell Liquid (CNSL), een natuurlijk hars dat niet alleen brandwonden veroorzaakt, maar ook commercieel interessant is. Het gaat om een donkerrode viscose vloeistof die bestand is tegen hoge temperaturen en waarvoor er meer dan tweehonderd industriële toepassingen bestaan. Je vindt CNSL terug in verf en vernis en in remvloeistof. De vloeistof wordt vaak gebruikt als vervangstof voor petroleum: CNSL is groener èn goedkoper.

Onderzoekers van de Braziliaanse Universiteit van Minas Gerais onderzochten in 2019 de mogelijkheid om de vloeistof uit cashewdoppen om te zetten naar groene diesel. De eerste experimenten zijn volgens hen veelbelovend.

Milieu

Extract uit cashewdoppen filtert uv-licht

Onderzoekers van de Duitse Johannes Gutenberg Universiteit in Mainz gebruikten in 2019 de vloeistof uit cashewdoppen om organische UV-filters te maken. De vloeistof vervangt petroleum in het productieproces. Op die manier willen ze de filters milieuvriendelijker maken en minder bedreigend voor het mariene leven. Met succes, de vloeistof absorbeert zowel uv A- als uv B-stralen en is daardoor interessant voor gebruik in zonnecrème, verf, vernis of ander beschermingsmateriaal. Verder onderzoek naar de veiligheid voor onze huid en voor het mariene leven is nodig.

Bron: Valnux
Milieu

Van walnoot tot antibacteriële snijplank

In walnoten zit de molecule juglon, die antibacteriële eigenschappen heeft. Dat maakt de recyclage van walnootdoppen tot snijplanken interessant. In 2019 startte een Chileens bedrijf met de productie van bio-afbreekbare thermoplastic uit walnootdoppen. Op die manier wil het afval en plastic verminderen. Momenteel beperkt het bedrijf zich tot snijplanken en kommen, maar in de toekomst wil het experimenteren met verpakkingsmateriaal.

Milieu

Onderzoekers aan de Australische University of New South Wales in Sidney hebben een proces ontwikkeld om spaanplaat te maken van macadamiadoppen. Het bouwmateriaal is minder gevoelig voor waterschade dan de klassieke spaanplaten. Maar het grote voordeel is dat de platen volgens de wetenschappers tot negentig procent minder formaldehyde uitstoten. Die chemische stof zit in klassieke spaanplaten als bindmiddel en is kankerverwekkend.

Milieu

Amandelproducenten streven naar zero waste in 2025

De Almond Board uit Californië die de amandelproducenten vertegenwoordigt, streeft naar een zero waste-aanpak tegen 2025. Dat doen ze onder meer door de doppen te verwerken tot biobrandstof of ethanol. Daarnaast ondersteunt de Almond Board tal van wetenschappelijke experimenten.

Milieu

De amandelsector zet samen met de Amerikaanse overheid in op innovatief onderzoek. Wetenschappers die voor het United States Department of Agriculture werken, experimenteren met poeder van gemalen doppen als vervanger voor petroleum in plastic zodat het stabieler en hittebestendiger wordt. Daarnaast halen ze suiker uit de amandelbolsters. De suiker is ietwat bitter en daardoor geschikt om bier of cider te brouwen. Er zijn in de VS al kleine brouwerijen die de suiker gebruiken. De overschot van het amandelafval na suikerextractie is dan weer geschikt als kweekbodem voor paddenstoelen.

Milieu

Afval van noten is organisch materiaal en mag in de gft-bak. Net als fruitpitten, -stenen en zaden kan je noten, bolsters en doppen ook composteren. Het afval hoort bij het zogenaamde bruin compostmateriaal: het is vrij droog, koolstofrijk en eerder arm aan voedingsstoffen. Het bruine materiaal bevordert de luchtcirculatie in de composthoop en bevordert het verteringsproces. Gemengd met groen materiaal beperkt het de geurhinder en levert het de beste compost. Groen compostmateriaal is vochtig, heeft weinig structuur en is stikstofrijk. Voorbeelden zijn groenten, fruit of gazonmaaisel.