Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK

Van slachtafval tot hondenbrok

Ons land telt zo’n drie miljoen honden en poezen. Meer dan de helft van de Belgische gezinnen heeft er minstens een van elk. Vroeger aten huisdieren met de pot mee, maar vandaag krijgen ze een alles-in-éénpakket en worden ze behoorlijk verwend. Ze ontlasten zich minder, leven langer en stinken minder maar laten een stevige pootafdruk na. In dit beknopt overzicht kom je meer te weten over wat er zoal in de mond van je huisdier gaat en wat er aan voorafging.

Tess Vonck

Journalist - Maakt verhalen over de complexe relaties van de mens met zijn omgeving en zichzelf in woord, beeld en soms geluid.
Dierlijke bijproducten

Teelt

Maïs en vlees zijn al meer dan een halve eeuw de belangrijkste grondstoffen in honden- en kattenvoer. Later kwam daar ook vis bij. Niet bepaald de meest milieu- of diervriendelijk geproduceerde ingrediënten, al treft onze viervoeters geen schuld. Hun voeding is immers grotendeels gemaakt van reststromen uit de voedingsindustrie en dierlijke bijproducten, de onderdelen van een dier die we zelf niet eten. In Nederland belandt zo de helft van alle slachtafval niet in de verbrandingsoven, maar in de voederbak van Bobby en Minoes. Dat vlees mag sinds de gekkekoeienziekte niet in veevoeder. Van visafval, een ander hoofdingrediënt, kan wel nog visvoer voor kweekvissen gemaakt worden.

Fabriek van dierenvoeder

Verwerking

Amerika is wereldwijd de grootste producent, omdat daar per gezin de meeste viervoeters vertoeven en de meeste grondstoffen voorhanden zijn. De grootste fabrikanten zijn allemaal bekende multinationals die daarnaast ook levensmiddelen maken. Mars maakt tegenwoordig zelfs meer hondenbrokken dan chocolade. In ons land maken slechts een handvol bedrijven dierenvoeding op eigen recept. 

Slachtafval wordt getransformeerd tot een propere restjessoep in een renderingsbedrijf. Dat gebeurt via pasteurisatie in een industriële snelkookpan, op hoge temperaturen zodat er geen bacteriën meer in zitten. Orgaan- en spiervlees in natvoer wordt ingevroren en bij verwerking ontdooid. Voor droogvoer wordt de soep verder verwerkt tot vlees- en beendermeel en vet, soms door een tussenbedrijf. 

Bij de eindfabrikant komen alle grondstoffen samen. Ze worden nauwkeurig afgewogen en gemixt. Afhankelijk van de het eindproduct wordt er water aan onttrokken of toegevoegd. Groentjes, bewaarmiddelen, kleur- en smaakstoffen zijn de kers op de taart. Essentiële vitamines en mineralen worden ook achteraf toegevoegd omdat ze tijdens het productieproces soms verloren gaan. Het lijkt onsmakelijk, maar de technologie en voedingskennis is de voorbije jaren zo ontwikkeld dat zelfs de kieskeurigste katten zwichten bij het eindresultaat en er voor elk individueel dier een product bestaat dat ze fit en gezond houdt. En dat levert de fabrikant flink wat op.

Transport

Dierlijke bijproducten gaan minstens twee keer door strenge grenscontroles, om de verspreiding van besmettelijke dierziektes tegen te gaan. Eerst als slachtafval en later als afgewerkt product. Soms zit er nog een extra stap tussen, wanneer slachtafval in een derde land tot dierlijk meel of vet wordt verwerkt. België en Nederland zijn in Europa belangrijke handelsknooppunten. We voeren meer dierenvoeding in dan uit, vooral omdat de meeste bedrijven in ons land als brug tussen Amerikaanse multinationals en de Europese markt fungeren. Het handjevol Belgische en Nederlandse fabrikanten dat wel eigen voeding produceert, moeten hun grondstoffen soms ver gaan zoeken. We hebben ze wel, maar er komt niet genoeg slachtafval vrij in eigen land en onze maïs is niet geschikt voor huisdieren.

Consumptie

Honden hebben ongeveer 37 en katten veertig verschillende voedingsstoffen nodig. 100.000 jaar beste vrienden liet zijn sporen na op het spijsverteringssysteem van de hond. Daardoor kan hij beter plantaardig voedsel verteren dan een wolf. Het dieet van een kat leunt dichter aan bij dat van typische carnivoren als tijgers. Ook het ras, de leeftijd en leefomstandigheden spelen mee. Bij een uitgebalanceerd dieet is er weinig risico op tekorten. Het gemiddelde Vlaamse gezin geeft aan zijn huisdier ongeveer een tiende uit van wat we zelf aan eten besteden. De helft daarvan gaat naar voer. De laatste jaren behandelen we ons huisdier meer als een kind. Het ergste wat je kan doen is ze mee aan tafel laten schuiven, bovenop brokjes of blikjes. Dat is, naast een gebrek aan beweging, een van de redenen waarom meer dan de helft van de katten en 1 op 5 honden aan overgewicht lijdt.

Afval

Net als vee zijn honden en katten al eeuwenlang de beste afvalverwerkers. Dat is vandaag niet anders dan vroeger. Het is alleen beter gecontroleerd en het gebeurt op industriële schaal. Anderzijds gaat er op die manier wel fosfor verloren, net als gas en olie een niet oneindige grondstof die ons lichaam bovendien nodig heeft voor een aantal vitale functies. In tegenstelling tot vee brengen huisdieren ons immer geen voedsel of mest op, enkel uitwerpselen die terechtkomen op de afvalberg of onder je schoenzool belanden. Als je zowel een hond als een kat houdt, dan produceren die samen jaarlijks ongeveer de helft van de hoeveelheid uitwerpselen die je zelf naar buiten werkt. Daaruit komt net als bij vee methaan en lachgas vrij in de natuur. Met uitwerpselen bij het restafval gooien, bio-afbreekbare kattenbakkorrels en poepzakjes of gerecycleerde bulkverpakkingen maak je al een verschil.

Bronvermelding