Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Sociaal

Steekt de Belgische zeewiersector binnenkort van wal?

Staat België binnen enkele jaren naast wafels, chocolade en bier ook bekend om zijn zeewier? De Noordzee lijkt alvast een geschikte plek voor de teelt van dit milieuvriendelijke en gezonde gewas. Toch zijn er enkele belangrijke barrières die een Belgische zeewiersector vandaag in de weg staan. Verschillende onderzoeksprojecten, zoals SeaConomy, proberen het tij te keren.

Vincent Fobelets

Bio-ingenieur van opleiding, is journalist en werkt ook als consultant in duurzaam ondernemen.
Zeewier gekweekt op een net.
“Een ding is zeker: we hebben in Vlaanderen de kennis en de bedrijven om internationaal een belangrijke speler in de zeewierteelt te worden”

We eten bijna dagelijks zeewier. Dat zal je misschien verbazen, maar de reden is dat zeewier heel wat uiteenlopende toepassingen heeft. Zeewier zit niet alleen rond sushirijst en in Spirulina-tabletten. Zo´n 15 procent van al het geoogst zeewier wordt verwerkt tot verdikkers, die vervolgens in yoghurt, ijs of tandpasta belanden. Het grootste deel, zo’n 70 procent, wordt gebruikt voor voeding, vooral in de Aziatische keuken, en de overige 15 procent wordt chemisch verwerkt in cosmetica, geneesmiddelen en meststoffen.

Remedie tegen klimaatverandering

Naast tal van toepassingsmogelijkheden hebben bruine, groene en rode zeewieren nog andere voordelen. Zo zou de teelt van zeewier een antwoord kunnen bieden op een aantal belangrijke milieuproblemen. Doordat zeewieren tijdens hun groei CO2 en nutriënten uit het water opnemen, verminderen ze de verzuring en eutrofiëring (overmaat aan nutriënten red.) van onze oceanen. Ze verbeteren op die manier ook het leefmilieu van andere zeeorganismen, waaronder schelpdieren. Bovendien groeien ze veel sneller dan landgewassen en hebben ze geen meststoffen, vers water of landoppervlakte nodig.

Een veelbelovend gewas dus, wat zich de voorbije 50 jaar vertaalde in een exponentiële productietoename. In 2012 steeg de waarde van de zeewierindustrie, volgens cijfers van de FAO, tot 5,2 miljard euro. Dit komt overeen met een wereldproductie van 23,8 miljoen ton zeewier. In 1990 bedroeg deze nog maar 3,8 miljoen ton. China produceert jaarlijks 12,8 miljoen ton zeewier en is met een marktaandeel van 54 procent de grootste producent. Indonesië oogst ongeveer de helft hiervan, en ook Noord- en Zuid-Korea, de Filipijnen en Japan zijn belangrijke productielanden.

Zeewier gekweekt op doek.

(Noord)zee van mogelijkheden

Zee is er natuurlijk in overvloed en ook Europese landen zien kansen liggen. In Europa wordt weliswaar al langer zeewier geoogst – Noorwegen is de grootste Europese producent met ongeveer 0,5 procent van de wereldproductie in handen – maar dit is beperkt tot de vangst van wild zeewier. Dat veranderde de afgelopen jaren. De eerste Europese proefboerderijen schoten als paddenstoelen uit de grond, ondersteund door een arsenaal aan onderzoeksprojecten gericht op de kansen en uitdagingen van een gecontroleerde zeewierkweek.

Ook in ons land staken de voorbije jaren verschillende platformen en onderzoeksprojecten rond zeewierteelt de kop op. Zo is er bijvoorbeeld het Vlaams Zeewierplatform, een initiatief van de Vlaamse overheid dat samenwerking en kennisoverdracht tussen verschillende sectorspelers faciliteert, en het Value@Sea project dat momenteel een eerste geïntegreerde zeewierboerderij aan de Vlaamse kust uittest. Dat laatste project is dan weer een onderdeel van Noordzee Aquacultuur, een breder onderzoeksproject vanuit UGent, ILVO en heel wat bedrijven.

“We kunnen op dit moment in de Noordzee geen zeewier telen op een economisch rendabele manier”

Negatieve balans

Als we in België een zeewiersector willen opzetten, moet deze uiteraard financieel gezond zijn. Maar daar knelt nu net het schoentje. “We kunnen op dit moment in de Noordzee geen zeewier telen op een economisch rendabele manier”, meent Sander van den Burg, onderzoeker aan de Wageningen Universiteit in Nederland. Informatie over de kosten van zeewierteelt in de Noordzee is schaars, dus baseerden Van den Burg en zijn collega’s zich voor deze conclusie op beschikbare data van proefprojecten en schattingen van experts. De toekomstige kosten voor grootschalige zeewierteelt voor de Nederlandse kust ramen ze op 1.800 euro per ton droge stof, terwijl opbrengsten in toepassingen als verdikkingsmiddelen en veevoer slechts rond de 550 euro per ton droge stof liggen. Betrouwbare data over de opbrengsten van nieuwe toepassingen als voedseladditieven en bioplastics zijn nog niet beschikbaar.

Een sluitende business case lijkt dus veraf, maar daar kan in de toekomst verandering in komen. Zo kan er gezocht worden naar kostenefficiënte innovaties voor de productie en verwerking van zeewier. Vooral het drogen van zeewier blijkt een grote kostenpost te zijn. In tegenstelling tot China of Indonesië – waar het zeewier op het strand droogt – zijn er in België energieverslindende drooginstallaties nodig. Fermentatie kan een alternatief bieden, maar daarvoor is dan weer meer onderzoek nodig.

De doeken van SIOEN Industries om zeewier in drie dimensies op te kweken.

SeaConomy

Als de kosten van de teelt hoog zijn, kan er natuurlijk ook geprobeerd worden om de inkomsten van het zeewier te verhogen. Een scenario dat anderhalf jaar lang onderzocht werd door SeaConomy, een consortium van bedrijven, sectororganisaties en overheidsinstanties. Op 7 mei 2018 stelden de verschillende partners hun conclusies voor aan het grote publiek.

“In het SeaConomy-project wilden we voornamelijk de marktvraag naar zeewier stimuleren”, vertelt projectleider Benny Pycke van SIOEN Industries. De Belgische textielfabrikant ontwikkelde een uniek driedimensionaal textielsubstraat voor de zeewierteelt. “Wanneer meer bedrijven zeewier gaan verwerken in hun producten, stijgt de vraag naar een lokale kweek. Belangrijk is wel dat deze toepassingen van zeewier hoogwaardig genoeg zijn om de kosten van een lokale zeewierkweek te dekken.”

“Om de productontwikkeling op gang te brengen konden particulieren en bedrijven bij ons terecht voor try-out boxen met stalen van zeven types gedroogd zeewier”, legt Pycke uit. Zo wist het SeaConomy-project verschillende bedrijven te stimuleren om nieuwe commerciële producten op basis van zeewier op de markt te brengen. “Ik denk bijvoorbeeld aan Nikita, een groothandel van salades en sauzen die een vissalade met zeewier als additief ontwikkelde.”

“Als je antibiotica kunt gaan vervangen in de veeteelt, mag het al wat kosten. En als je ook het eiwitrijke restproduct gebruikt, wordt het financiële plaatje nog aantrekkelijker”

Zeewier als antibiotica

Om de vermarkting nog meer te bevorderen is het belangrijk om vat te krijgen op de positieve effecten van zeewier in voeding en veevoeders. “Zeewier bevat heel wat eiwitten, maar kan als eiwitbron niet opboksen tegen soja en andere plantaardige alternatieven die veel goedkoper zijn”, weet Pycke. Zeewieren hebben echter nog andere unieke gezondheidsvoordelen.

“We weten dat bepaalde zeewiersoorten heel veel gesulfateerde polysachariden (een specifieke vorm van koolhydraten red.) bevatten, stoffen die in bijvoorbeeld landgewassen niet voorkomen. Als je die toedient aan dieren of mensen, kunnen deze een antimicrobieel en dus ziektewerend effect hebben”, vertelt Danny Van Mullem, bedrijfsleider van veevoederfabrikant Lambers-Seghers. Zijn bedrijf is eveneens betrokken bij het SeaConomy project en onderzoekt momenteel samen met VITO de antibioticabesparing van drie soorten rode zeewier bij biggen, zeugen en vissen. “Wij willen via onze proeven de optimale dosis en verwerking achterhalen om een zo groot mogelijke immuniteitsopbouw te verkrijgen. En we kijken meteen ook of we een positieve smaakbeïnvloeding kunnen krijgen”, licht Van Mullem toe.

Recent onderzoek toonde ook aan dat bepaalde zeewieren via hun invloed op de pensbacteriën de methaanuitstoot van het vee tot 90 procent zouden kunnen verlagen. Toch blijft de antimicrobiële werking voorlopig de grootste troef voor de zeewiersector. “Als je antibiotica kunt gaan vervangen in de veeteelt, mag het al wat kosten”, weet Van Mullem. “En als je dan ook nog het eiwitrijke restproduct van zeewier gaat gebruiken, wordt het financiële plaatje nog een stuk aantrekkelijker.”

De extractie van restproducten uit het zeewier is volgens Pycke een andere sleutel tot succes. “Bepaalde zeewiercomponenten kunnen worden ingezet in de voeding- en voedersector, andere in de chemische en cosmetische industrie en nog andere hebben toepassingen als biomaterialen en bio-energie. We moeten uit een kilogram zeewier zo veel mogelijk hoogwaardige producten halen. Om dat te kunnen doen, moeten de componenten zo snel mogelijk na de oogst gescheiden en verwerkt worden. Een belangrijke reden dus om een lokale zeewierkweek op te zetten.”

De Schotse partners (SAMS/ Macrofuels) van SIOEN Industries bij hun zeewieroogst.

Waarom Belgisch zeewier?

Je zou je kunnen afvragen waarom we zo nodig zeewier in België moeten telen. In Azië groeit het zeewier veel sneller en kan je het hele jaar door oogsten doordat het water er constant warm is. De Noordzee daarentegen is onvoorspelbaarder, heeft sterke stromingen en krijgt af en toe te maken met zandverschuivingen. “De nood aan snelle verwerking is een belangrijke reden”, vertelt Pycke. “Maar er zijn er nog. In Azië telen ze andere soorten zeewier die voornamelijk voor laagwaardige producten worden gebruikt. Wij willen net inzetten op hoogwaardige nichesoorten met een veelheid aan toepassingen.”

Onze kust zou ook op milieuvlak gebaat zijn bij zeewierteelt. Door de intensieve landbouw komen heel wat overtollige meststoffen via onze rivieren in de Noordzee terecht. Zo heeft de Belgische kuststrook een teveel aan fosfaten en nitraten volgens de Europese richtlijn. “We weten dat zeewier dit probleem kan oplossen. Want hoe meer nutriënten er zijn, hoe sneller het zeewier zal groeien. Door dat bioremediërende effect zal niet alleen de waterkwaliteit maar ook de biodiversiteit van onze Noordzee verbeteren”, meent Pycke. Dit laatste moet echter nog verder onderzocht worden. Aan de UGent loopt alvast een project dat het effect van zeewierkweeksystemen op biodiversiteit in kaart brengt.

Zeewier gekweekt op doek.

Symbiose met windmolens

Wie van de Noordzee gebruik wil maken, moet evenwel rekening houden met heel wat andere maritieme gebruikers. “De Noordzee is best wel druk en de concurrentie voor ruimte is groot. We verwachten zeker weerstand van de visserijsector en misschien ook de transportsector en die van de recreatieve vaartuigen.” Pycke benadrukt dan ook de nood aan dialoog tussen de verschillende sectoren.

"Voor de windmolensector hoeft de zeewierteelt alvast niet te vrezen. “Zeewierboerderijen kunnen perfect in windmolenparken worden aangelegd. Door de ruimte dubbel te benutten kan je bovendien besparen op monitorkosten, wat de economische haalbaarheid van beide sectoren versterkt”, weet Pycke. “Dat is belangrijk, aangezien België van plan is om heel wat windmolenparken in zee aan te leggen.”

“Het is heel onduidelijk waar zeewier precies aan moet voldoen. Dat schrikt veel grote producenten en investeerders af en staat zo de opschaling van de zeewierteelt in de weg”

Absurde wetgeving

Een andere barrière die de ontwikkeling van de zeewiersector in België momenteel inperkt is de Contaminantenwet. Deze wet verbiedt de verkoop van voeding en drank die het maximumgehalte van bepaalde schadelijke stoffen overschrijden. Zeewieren bevatten heel wat arsenicum, maar slechts een bepaalde vorm van arsenicum is gekend toxisch. Van deze schadelijke vorm zit er heel weinig in zeewier, zelfs minder dan in rijst, meent Pycke. “Het probleem is dat de Belgische wetgeving, in tegenstelling tot andere Europese landen, alleen maar naar de totale hoeveelheid arsenicum kijkt. Dat is natuurlijk absurd en zorgt er momenteel voor dat Belgische wieren niet vermarkt kunnen worden. Bovendien creëert het een ongegronde negatieve perceptie van zeewier bij de bevolking”, aldus Pycke. Ook op Europees vlak ziet Pycke wetgeving die de ontwikkeling van de sector vandaag blokkeert.

Dat probleem erkent ook veevoederproducent Van Mullem: “Het is heel vaak onduidelijk waar zeewier precies aan moet voldoen. Die onzekerheid schrikt veel grote producenten en investeerders af en staat dan ook de opschaling van de zeewierteelt in de weg.”

Zeewier klaar om te oogsten.

Seaweed literacy

Om de Belgische zeewiersector uit zijn startblokken te krijgen, verzamelde het SeaConomy project een serie aanbevelingen van overheden, bedrijven en kennisinstellingen. Een van die aanbevelingen is de heroriëntatie van bestaande infrastructuur. “De West-Vlaamse groentesector heeft bijvoorbeeld heel wat machinerie die een deel van het seizoen zou kunnen worden ingezet om zeewier te verwerken”, aldus Pycke. 

Verder is er volgens de partners onder meer nood aan onderzoek naar nieuwe producten en technologieën om het gebruik en de verwerking van zeewier te optimaliseren. “Ik denk bijvoorbeeld aan bioraffinage of het onderzoek naar de effecten van zeewier op antibioticareductie, immuniteit en darmfunctie bij mensen en koeien.” “We moeten ook inzetten op ocean literacy, met de nadruk op zeewier. Dat betekent dat je door kennisverspreiding en opleiding het brede publiek laat kennismaken met de vele voordelen van zeewier”, licht Pycke toe. “Koksscholen kunnen hun steentje bijdragen door studenten warm te maken om zeewier te gebruiken en mariene instituten kunnen hun studenten dan weer op weg zetten naar een carrière in de zeewiersector.”

Uit onderzoek van WUR blijkt dat de houding van consumenten tegenover zeewier de laatste jaren behoorlijk verbeterd is. Toch weten ze bij Colruyt Group, eveneens partner in het SeaConomy project, dat voor de mainstream consument zeewier nog ongekend terrein is. “We merken enige terughoudendheid bij consumenten met betrekking tot de smaak en textuur”, vertelt Seppe Verdonck, food innovation project manager bij Colruyt Group.

“Bovendien zijn mensen het niet gewoon om zeewier in de keuken te gebruiken.” Desalniettemin zien ze bij Colruyt heel wat potentieel in zeewier als gezond en duurzaam ingrediënt. “We blijven dan ook investeren in onderzoek en ontwikkeling en in handvaten voor onze klanten om van zeewier het ingrediënt van de toekomst te maken”, aldus Verdonck.

"In 2025 kan er al een lokale zeewierketen bestaan. En dan is het een kwestie van geleidelijk aan opschalen”

2025

Hoe lang zal het duren voor er effectief Belgisch zeewier op ons bord ligt? “Voor de lokale keten is het nog even wachten op het nieuwe marien ruimtelijk plan van 2020. Als hierin bepaalde zones aan zeewierteelt worden toegekend, zou er in 2025 al een lokale zeewierketen kunnen bestaan. En dan is het een kwestie van geleidelijk aan opschalen”, vertelt Pycke. “Een ding is zeker: we hebben in Vlaanderen de kennis en de bedrijven om internationaal een belangrijke speler in de zeewierteelt te worden.”

Bronvermelding

  • Afbeeldingen zijn afkomstig van SIOEN Industries en hun Schotse partners.