Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Milieu

Douchewater drinken en andere tips tegen de droogte

Klimaatmodellen voorspellen nog meer droge zomers. Het gazon een tijdje niet meer sproeien, zal in de toekomst niet volstaan. Willen we ons echt wapenen tegen waterschaarste, dan moeten we uit meerdere vaatjes tappen. 

Dieter De Cleene

Redacteur voor Eos - schrijft vooral over milieu, landbouw en voeding.
Van de landen met hoge waterstress komt België op de 23ste plaats, tussen Marokko en Mexico

Dat België gevoelig is voor watertekort is geen nieuws meer. Een recente ranglijst van het World Resources Institute maakt dat nog eens duidelijk. België prijkt er als land met ‘hoge waterstress’ op de 23ste plaats. Het staat er tussen Marokko en Mexico – landen die je doorgaans meer dan het onze met hitte en dorre zandvlaktes associeert. Een maat voor die waterstress is hoeveel water je verbruikt ten opzichte van hoeveel je er ter beschikking hebt. Is dat meer dan 25 procent, dan is er volgens de definitie van de Verenigde Naties sprake van waterstress. België zit aan 56 procent. 

Dat komt deels doordat we in een dichtbevolkte regio leven: industrie en landbouw hebben veel water nodig. Maar het komt ook door decennia aan wanbeleid. Dat toont zich niet in het minst in het hoge tempo waarmee de bodem is dichtgebetonneerd. Water krijgt daardoor niet de kans in de bodem te dringen en de grondwaterreserves aan te vullen. Het gevolg is dat het risico op overstromingen bij hevige regenval toeneemt, net als het risico op droogte bij geen regen. 

Was in 1976 amper 5 procent van de bodem in Vlaanderen verhard, dan is dat vandaag 14 procent – bijna een verdrievoudiging. Dat is ruim boven het Europese gemiddelde van 1,8 procent. Met een betonstop en ‘ontharding’ kunnen we de natuurlijke aanvulling van de grondwatervoorraden stimuleren. Maar we zullen ook veel verstandiger en zuiniger met water moeten omspringen. Dat kan op verschillende manieren. 

Een zuiveringsinstallatie in de kelder van Steven De Schrijver zet afvalwater van badkamer en keuken om in drinkwater.

Drink eens een glaasje afvalwater

Sinds juli 2019 drinkt Steven De Schrijver zijn eigen afvalwater. De directeur bij drinkwaterbedrijf Water-Link liet in zijn kelder een zuiveringsinstallatie plaatsen die het afvalwater van badkamer en wasmachine omzet in drinkbaar water. ‘Je merkt nauwelijks een verschil met leidingwater’, zegt hij. ‘Het afvalwater gaat eerst door een keramische filter die opgeloste stoffen verwijdert. Via omgekeerde osmose verdwijnen vervolgens de mineralen uit het water. Ozon oxideert restjes organische stof, en met uv-stralen doden we bacteriën en virussen. Het resultaat is puur water, waar we opnieuw mineralen aan toevoegen.’ 

Bij Water-Link geloven ze niet dat iedereen binnenkort zijn eigen zuiveringsinstallatie in huis zal hebben. Daarvoor is ze nog te duur. De installatie bij De Schrijver thuis kwam er enkel om het zuiveringsproces op punt te stellen en om te ervaren wat je eigen douchewater drinken doet met een mens. ‘We geloven wel dat het haalbaar is voor grote bouwprojecten, tegen een competitieve prijs’, zegt hij. Zo zullen in de nieuwe Antwerpse wijk Nieuw Zuid regenwater en afvalwater van keukens en badkamers in drinkwater worden omgezet. 

Afvalwater drinken? In De Panne, Koksijde, Nieuwpoort en enkele omliggende gemeenten doen ze dat al jaren, zij het via een omwegje langs de duinen. De watermaatschappij IWVA zet gezuiverd afvalwater in verschillende stappen om in drinkwater. Vervolgens pompt ze dat water de duinen in, waar het in het grondwater infiltreert. Samen met ‘natuurlijk’ grondwater wordt het opgepompt als drinkwater. 

‘De infiltratie in de duinen is een extra buffer, maar strikt genomen niet nodig’, zegt IWVA-directeur Emmanuel Van Houtte. ‘Alleen was het, toen wij hier in 2002 mee begonnen, ondenkbaar om mensen rechtstreeks afvalwater te laten drinken.’ Jaarlijks zet de watermaatschappij bijna 3 miljoen kubieke meter gezuiverd afvalwater om in drinkwater, bijna twee derde van de totale vraag. Geen haan die ernaar kraait. 

Ook elders kijken ze al lang niet meer op van een glaasje afvalwater. ‘In Namibië doen ze dat al sinds de jaren 1960’, weet Marjolein Vanoppen, waterexpert aan de Universiteit Gent. ‘Technisch is er veel mogelijk. De belangrijkste barrière is psychologisch, en die wordt stilaan kleiner.' 

Overschot hoort onder de grond

De klimaatmodellen voorspellen de komende decennia niet alleen meer droogte, maar ook intensere regenval. Dat regenwater opslaan verkleint het overstromingsrisico en helpt droge periodes te overbruggen. Maar waar slaan we dat op? Drinkwatermaatschappij De Watergroep onderzoekt bij Diksmuide het potentieel van ondergrondse opslag. Het voordeel daarvan is dat er geen extra ruimte nodig is voor een bovengronds spaarbekken. Het water wordt op een diepte van 200 tot 300 meter geïnjecteerd en kan dan ’s zomers opnieuw worden opgepompt. Op dit moment onderzoeken geologen hoeveel ruimte daarvoor is. In het najaar moet het potentieel van het project duidelijk zijn. 

In de polders ten oosten van Brugge staat een experiment op stapel met een kunstmatige aanvulling van de grondwatervoorraad. In het verleden zijn in het gebied kreken uitgeschuurd. Op die plaats vind je vandaag nog zandafzettingen terug, die water beter doorlaten dan de polderklei. Bedoeling is om oppervlaktewater om te leiden naar die zanderige bodems, waar het vanzelf in de ondergrond kan sijpelen. 

Een soortgelijk experiment is in het kader van het Europese Fresh4C’s-project gepland bij Terneuzen in Nederland. Chemiebedrijf DOW wil er ondergronds opgeslagen water gebruiken als alternatief voor water dat het nu uit natuur- en drinkwaterwinningsgebied de Biesbosch pompt. Het moet daarnaast boeren uit de omgeving door droge periodes heen helpen. 

Een belangrijk aandachtspunt is de impact op de grondwaterkwaliteit. Hoe zuiver moet ondergronds opgeslagen water zijn om te vermijden dat het grondwater wordt aangetast? ‘Je wil water niet nodeloos zuiveren,’ zegt Bastiaan Notebaert van het Vlaamse Kenniscentrum Water (Vlakwa), ‘maar je wil ook geen onherstelbare schade aanrichten.’ 

In Nederland lopen onder leiding van het Wateronderzoeksinstituut KWR al langer pilootprojecten. Enkele tuinbouwers slaan regenwater dat op hun kassen valt ondergronds op. Onder het Rotterdamse Sparta-voetbalstadion wordt regenwater opgevangen dat op het dak van het stadion en in de omgeving neervalt. Na zuivering wordt het op 20 meter diepte opgeslagen in een zandlaag. Het water zorgt op hete dagen voor verkoeling op een nabijgelegen plein en wordt gebruikt om het gras in het stadion te besproeien. 

De Gentse start-up Bosaq zuivert lokaal regen-, rivier- of afvalwater tot drinkwaterkwaliteit.

Doe je voordeel met regen

Jaarlijks valt in België ongeveer 800 liter regen per vierkante meter. Dat water benutten we niet optimaal. Ongeveer een derde van de Vlamingen beschikt over een regenwaterput. Sinds 2014 is het bij bepaalde nieuwbouwprojecten wel verplicht om een put aan te leggen met een minimaal volume van 5.000 liter. Regenwater kan je in de eerste plaats natuurlijk gebruiken als je geen drinkwaterkwaliteit nodig hebt, zoals om te wassen of het toilet te spoelen. Maar je kan er ook drinkwater van maken. Watermaatschappij Water-Link wil onder de Antwerpse Zuiderdokken het water van 2,5 hectare daken in een bufferbekken opvangen en zuiveren tot drinkwater voor omwonenden. 

De Gentse start-up Bosaq legt zich toe op gedecentraliseerde waterzuivering. Vorig jaar konden bezoekers van het muziekfestival Dranouter door het bedrijf gezuiverd regenwater drinken. ‘Ongeveer 38.000 Vlaamse huishoudens zijn vandaag niet op het drinkwaternet aangesloten. Samen met een groot drinkwaterbedrijf onderzoeken we of lokale regenwaterzuivering voor die groep commercieel interessant kan zijn’, zegt oprichter Jacob Bossaer. 

Regenwater bevat vaak een allegaartje aan verontreinigende stoffen’, weet expert watertechnologie Stijn Van Hulle (UGent). ‘Het gaat onder meer om stoffen die uit de dakbedekking lekken, maar ook om PAK’s (poly-aromatische koolwaterstoffen) van verkeer of zware metalen. Het is technisch wel mogelijk, maar niet altijd eenvoudig om die eruit te filteren.’ Ook Van Hulle ziet vooral potentieel voor drinkwaterwinning uit regenwater in regio’s waar een aansluiting op het drinkwaternet duur en omslachtig is. ‘De uitdaging is om goedkope manieren te vinden om het water te zuiveren en de kwaliteit te monitoren. Ik hoop dat deze aanpak net zo courant wordt als zonnepanelen.'

Met behulp van satellietdata ziet de boer waar hij wel en niet moet sproeien.

Simmer irrigeren

De landbouwsector is één van de grote waterverbruikers, goed voor jaarlijks zo’n 70 miljoen kubieke meter. Om efficiënter met water om te springen, ontwikkelden experts aan het Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek (VITO) het platform WatchiTgrow. Via satellietbeelden kunnen boeren zien hoe het met hun gewassen is gesteld. Een ‘groenheidsindex’ geeft aan of de planten groeien zoals verwacht. Door die data te combineren met bodem- en weergegevens stelt het computerprogramma kaarten op die met een resolutie van 10 bij 10 meter aangeven waar meer of minder water nodig is. 

Om hun gewassen te irrigeren gebruiken landbouwers doorgaans oppervlaktewater. Maar bij aanhoudende droogte mogen ze dat niet meer aftappen, om te lage waterstanden en hinder voor de scheepvaart te vermijden. Dat probleem valt te omzeilen door geen oppervlaktewater te gebruiken, maar gezuiverd afvalwater. In een pilootproject stelt groenteverwerkingsbedrijf Ardo zijn gezuiverd afvalwater ter beschikking van landbouwers uit de omgeving. Die kunnen in tijden van droogte putten uit een reservoir van 150.000 kubieke meter. Een kleine 25 kilometer leidingen, waarvan de laatste kilometers worden gelegd, moeten het water tot bij een vijftigtal boeren brengen. 

Ook andere groente- en aardappelverwerkingsbedrijven hebben intussen hun interesse laten blijken, weet Charlotte Boekaert (Vlakwa), die het project coördineert. ‘Het is ook in hun eigen belang dat de boeren van wie ze de oogst afnemen droge periodes het hoofd kunnen bieden. De droogte in de zomer van 2019 heeft de interesse voor dit soort toepassingen sterk doen toenemen.'

Een pilootcentrale bij de Nederlandse Afsluitdijk haalt energie uit het verschil in zoutgehalte tussen zeewater en zoet water.

Slechts 3 procent van het water op aarde is zoet, en het gros daarvan is bevroren. Daardoor is slechts 0,5 procent van de wereldwijde watervoorraad voor ons bruikbaar. Waarom dan niet die veel grotere hoeveelheid zout water aanboren? Technisch is dat geen probleem, weet waterexpert Marjolein Vanoppen (UGent). ‘Koeweit haalt al zijn drinkwater uit zeewater. En ook in Jubail in Saudi-Arabië puren ze al decennialang drinkwater uit de Perzische Golf.’ 

Zou dat ook langs de Noordzee kunnen? Drinkwatermaatschappij Water-Link bereidt zich alvast voor om tegen 2022 brak water – een mengsel van zout en zoet – uit het Albertkanaal te ontzilten, voor bij langdurige droogte. En de Watergroep kondigde eerder deze maand aan dat het een proefproject zal starten om drinkwater uit de zee te winnen. 

‘Het grote nadeel van de klassieke technieken om zeewater te ontzilten is dat ze veel energie kosten’, zegt Vanoppen. ‘Ofwel om het water te laten verdampen, ofwel om het door een membraan te persen en het zout daarbij tegen te houden. Het proces is al een pak energiezuiniger dan enkele decennia geleden. Maar de energievraag nog verder doen dalen, wordt moeilijk.’ 

Toch is er hoop. Met zogenoemde omgekeerde elektrodialyse kan je het verschil in zoutconcentratie tussen twee watervolumes gebruiken om energie te produceren. Door elektrisch geladen zoutdeeltjes door geladen membranen te laten bewegen, ontstaat een spanning waarmee je elektrische stroom kan opwekken. Die stroom kan dan worden gebruikt om water te ontzilten. ‘De technologie is al in de jaren 1970 beschreven. Pas de laatste jaren is ze aan een opmars bezig, dankzij betere membranen’, weet Vanoppen. ‘Inmiddels verschijnen de eerste prototypes van commerciële installaties. In Nederland vindt momenteel het eerste pilootproject plaats.’ 

Volgens Vanoppen heeft de techniek vooral potentieel op plaatsen waar gezuiverd afvalwater in zee stroomt. ‘Het heeft namelijk weinig zin om rivierwater als zoetwaterbron te gebruiken. Dan is het efficiënter om het rivierwater tot drinkwater te zuiveren. Met zoet water van mindere kwaliteit lukt het ook.’ 

Onderzoekers bedachten de elektrodialysetechniek in de eerste plaats als bron van duurzame energie. Of het genoeg energie kan besparen om ontzilting rendabel te maken, zal uit de eerste pilootprojecten moeten blijken. Vanoppen: ‘We zijn er nog niet, maar in theorie zou je hiermee energieneutraal drinkwater uit zeewater kunnen produceren.'

Sensoren op een chip moeten beter waterbeheer mogelijk maken.

Water gaat online

In Vlaamse waterlopen en grondwaterreserves moeten de komende jaren 2.500 sensoren worden aangebracht. Dat is de doelstelling van het eerder dit jaar gelanceerde ‘Internet of Water’. Het sensorennetwerk dient om watervoorraden te koppelen aan het internet.

De door de Vlaamse onderzoeksinstelling imec ontwikkelde sensoren meten onder meer de temperatuur en het zuurstof- en zoutgehalte van het water. De data die de sensoren genereren moeten de beheerders van watervoorraden toelaten om korter op de bal te spelen. ‘Door het zoutgehalte te meten, weten boeren bijvoorbeeld snel of ze water nog voor irrigatie kunnen gebruiken’, zegt Piet Seuntjens van het VITO. 

‘Drinkwaterproductiecentra zoals De Blankaart in West-Vlaanderen leggen hun productie tijdelijk stil als de kwaliteit van het oppervlaktewater te slecht is. Dankzij realtime data kunnen ze hun activiteiten zo snel mogelijk hervatten.’

In het Tracé van Drinkwater lees je alles over de weg die zoetwater aflegt tot de kraan of fles.
ga naar het Tracé van Drinkwater

Dit artikel verscheen in oktober 2019 in Eos Magazine.

Bronvermelding