Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Sociaal

Wat kun je doen met bakbananen?

Je hebt ze misschien al opgemerkt op een versmarkt of in de groentewinkel: grote groene vruchten die aan bananen doen denken, maar er uiteindelijk toch ietsje anders uitzien. De kans is groot dat het om bakbananen of 'plantains' ging, verwanten van de vertrouwde gele vrucht.

FoodUnfolded

Een globaal digitaal platform dat mensen opnieuw verbindt met de oorsprong van hun voedsel en wil inspireren tot een positieve verandering van het voedselsysteem.

Wat is het verschil tussen bak- en dessertbananen?

De zoete, gele bananen die we goed kennen zijn eigenlijk 'dessertbananen'. Ook de verschillende soorten bak- en kookbananen horen bij hetzelfde geslacht (Musa), maar zijn het resultaat van andere kruisingen en geselecteerde rassen. Ze zien er niet alleen verschillend uit, maar smaken ook anders.

Met micronutriënten als vitamine A, B en C, ijzer en kalium is de voedingswaarde van bakbanen vergelijkbaar met die van dessertbananen. En hoewel ze ijverig gegeten worden in de hele wereld, zijn ze maar voor weinig mensen de hoofdvoedselbron. Toch zijn inheemse bakbananen in bepaalde tropische regio's voor plaatselijke bewoners vaak wel van belang als voedzaam en veilig levensmiddel - het is een van de meest toegankelijke en betaalbare voedingsproducten.

'Plantains' zijn eigenlijk maar één type bakbananen ('cooking bananas'), ook al worden beide termen in het Engels vaak door elkaar gebruikt. Ze worden op een gelijkaardige manier geteeld en geoogst.

Hoe smaken bakbananen?

Typisch voor bakbananen is dat ze veel meer zetmeel bevatten en minder zoet zijn dan dessertbananen. Bakbananen kun je bovendien eten als ze onrijp en groen zijn óf rijp en geel. In hun onrijpe, groene gedaante worden ze meestal beschouwd als groenten en gebakken, gekookt, gestoomd of gefrituurd. Ze smaken naar iets dat tussen aardappelen en yams (wortelknollen) ligt, en nemen gemakkelijk het aroma van kruiden en specerijen over.

De smaak en textuur van rijpe, gele bakbananen lijkt meer op die van dessertbananen, je kunt ze dan ook rauw en onbewerkt eten. Maar omdat ze niet zoet zijn, worden ze toch vaker gekookt of gecombineerd met andere ingrediënten.

Hoe bakbananen klaarmaken? Recepten uit de hele wereld

In heel wat Zuidoost-Aziatische, Afrikaanse, Latijns-Amerikaanse en Caraïbische culturen zijn bakbananen een belangrijk traditioneel ingrediënt. Hieronder enkele klassieke manieren uit de hele wereld om deze bananen klaar te maken, waarmee je ook zelf creatief aan de slag kunt gaan.


Platanos maduros fritos (Centraal- en Zuid-Amerika)

Het Spaanse platanos maduros fritos betekent zoveel als rijpe gefrituurde bakbanen. In heel wat Zuid- en Centraal-Amerikaanse landen (waaronder Colombia, Costa Rica, Ecuador, Cuba, Honduras, Nicaragua en Venezuela) worden zowel rijpe als onrijpe bakbananen in lange repen gesneden en in hete olie gefrituurd. Gefrituurde bananen worden dan vaak als hartig of zoet bijgerecht bij een andere schotel of als snack gegeten.


Fufu (West-Afrika en Caraïben)

Fufu (foufou) is het basisvoedsel in heel wat West-Afrikaanse landen (zoals Ghana, Nigeria, Benin) en zelfs in enkele Caraïbische landen. Het is een vrij stevige gladde brij, die vaak bij geurige soep of stoofschotels wordt gegeten. Fufu wordt gemaakt door zetmeelhoudende gewassen, zoals cassave, bakbananen of yams fijn te stampen in heet water. Fufu hoor je met je rechterhand te eten en door te slikken zonder kauwen, om te vermijden dat de zetmeelhoudende pap in je mond blijft plakken. De traditionele manier om dit gerecht te maken is erg arbeidsintensief, omdat je de zetmeelrijke producten lang moet stampen en pletten in een grote vijzel. Een instant mix waaraan je alleen heet water moet toevoegen is makkelijker.


Curry en wok (India & Sri Lanka)

Bakbananen zijn ook populair op het Indische continent, zowel in Sri Lanka als in zuidelijke en oostelijke delen van India, waar de vruchten overvloedig groeien. In Sri Lanka wordt een stevige variëteit, plaatselijk bekend als 'ash plantain', als knolgroente gebruikt in curry's op basis van kokosnoot, in pikante wokgerechten en als snack. Ook in heel wat streken van India worden bakbananen gecombineerd met plaatselijke specerijen en andere ingrediënten om allerlei curry's te maken. In één oostelijke regio (Bengalen) wordt zelfs de schil van bakbananen gebruikt voor chutney: Kanchakalar Khosha Bata.


Pisang goreng (Zuidoost-Azië)

Pisang goreng kun je als streetfood eten in Indonesië, Singapore, Maleisië en Brunei. In het Maleis betekent dit letterlijk 'gebakken banaan'. Pisang goreng wordt gemaakt door plaatselijke variëteiten bakbananen te frituren in palmolie, soms worden ze eerst in een deeg gedompeld. Het gerecht wordt op veel manieren geserveerd: soms bestrooid met suiker en kaneel, samen met roomijs of als hartige snack met kaas.


Bananenketchup (Filipijnen)

Bananenketchup ('catsup') klinkt ongewoon, maar werd uitgevonden door de Filipijnse voedselscheikundige Maria Orosa, toen haar land tijdens de Tweede Wereldoorlog met een tomatentekort kampte. Voor dit recept heb je Saba-bananen nodig, een inheemse variëteit van de Filipijnen. De bananen worden eerst gekookt en dan gecombineerd met andere ingrediënten, zoals uien, pepertjes, knoflook en specerijen. Bananenketchup ziet er bijna uit als gewone ketchup (dankzij rode voedingskleurstof), maar smaakt veel zoeter, pittiger en is iets doorzichtiger. Je gebruikt het net zoals ketchup, als smaakmaker bij hartige schotels.



Dit artikel verscheen eerder in het Engels op de webiste van onze partner FoodUnfolded: https://www.foodunfolded.com/a.... De auteur is Madhura Rao.

Bronvermelding