Een Oostenrijks onderzoek omtrent broeikasgasemissies drukt de impact op de klimaatverandering door broeikasgasemissies uit in CO2-equivalenten. De studie kijkt naar de teelt van tomaten en de verwarming (die ze dus niet onder teelt rangschikt), maar brengt ook andere onderdelen van het tomatentracé in rekening: transport, verpakking en bewaring.
In de studie worden vier systemen vergeleken en onderzocht is hoeveel CO2-equivalenten nodig zijn voor tomaten met doelmarkt Oostenrijk. Systeem 1 is hoogtechnologische serreteelt volgens het Nederlandse (en Belgische) systeem. Internationaal gezien wordt het vaak de Venlo-kas genoemd, naar Venlo, een stad in Nederlands Limburg. Systeem 2 is Oostenrijkse bioteelt die plaatsvindt in folietunnels. Met systeem 3 doelen ze op Spaanse tomaten, eveneens gekweekt in folietunnels. Systeem 4 betreft industrietomaten, geteeld in open lucht in Italië.