Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Filter
Milieu Sociaal Gezondheid Dierenwelzijn toon alles

Hoe werkt dat, zo'n tracé?

In een tracé volg je al scrollend de weg die een product aflegt, van de teelt tot afval. In de menubalk bovenaan klik je op de verschillende stadia in het tracé om meteen te springen naar het stadium waarin je interesse hebt. 

Linksboven staan de vier categorieën Milieu, Sociaal, Gezondheid en Dierenwelzijn. Je kunt de informatie filteren op die categorieën.

Tijdens het scrollen kom je de knop 'Laad meer info over ...'. Druk daarop om alle informatie binnen een stadium te laden.

Tussen de informatieblokjes kom je ook artikels tegen waarin onze journalisten dieper ingaan op een opmerkelijk aspect binnen het tracé van het product. 

Onderaan deze pagina kun je reacties plaatsen over de informatie die je hebt gelezen. Ook op de Community-pagina vind je mogelijkheden om je mening, aanvulling, of compliment te geven.

Veel plezier met dit tracé!

sluiten

Tracé van Palmolie

hoe werkt dit?
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn

Tracé van Palmolie

filter: Sociaal

Intro

Teelt

Een palmoliefabriek in Benin, in West-Afrika.
Sociaal

De oliepalm (Elaeis guineensis) groeit oorspronkelijk in het tropische regenwoud van West-Afrika, meer bepaald in Kameroen, Ivoorkust, Benin, Ghana, Liberia, Nigeria, Sierra Leone, Togo, Angola en Congo. De lokale bevolking perst al duizenden jaren olie uit de vruchten. Ruwe palmolie is geschikt om mee te koken en is een essentieel ingrediënt van de West-Afrikaanse keuken.

Deze kaart toont de landen die palmolie produceren. Hoe donkerder de kleur, hoe hoger de productie.
Sociaal

Out of Africa

Tussen de 14e en de 15e eeuw namen reizigers de oliepalm mee naar Zuid-Amerika en Azië. De boom groeit vandaag in veertig landen. Die liggen allemaal in een zone op 10° afstand van de evenaar. Een andere voorwaarde is dat er genoeg regen valt. En genoeg wil zeggen, minimaal 1.600 mm per jaar – ofwel zo’n vier volle badkuipen per vierkante meter.

De Indonesische palmolieproductie is in de afgelopen decennia geëxplodeerd.
Sociaal

De opmars van de oliepalm in Indonesië

In 1848 exporteerden Nederlandse kolonisten de oliepalm naar Indonesië. Adrien Hallet, een Belg, begon de oliepalm commercieel te verbouwen. Na de Indonesische onafhankelijkheid (Onafhankelijkheidsdag op 17 augustus 1945, daarna nog jaren strijd) nam de Indonesische regering de plantages over. Ze investeerde erin om meer werkgelegenheid, welvaart en handel met het buitenland te creëren. De regering slaagde in haar opzet: de Indonesische palmolieproductie explodeerde.

BRON: FAO statistics
Sociaal

Top 10 palmolieproducenten

Deze grafiek toont de tien landen die de meeste palmolie produceren. Indonesië (51 procent) en Maleisië (36 procent) staan met grote voorsprong op de eerste en tweede plaats.

Een arbeider in Ivoorkust houdt een bol zeep vast die voor een groot deel uit palmolie bestaat. De zeep wordt veel in Ivoriaanse huishoudens gebruikt omdat het zo goedkoop is.
Sociaal

De opkomst van palmolie

De internationale handel in palmolie kwam van de grond rond 1800, de handel in palmpitolie na 1832. Naarmate steeds meer Europeanen het nut van hygiëne inzagen, steeg de vraag naar zeep. Vroeger werd zeep voornamelijk gemaakt van dierlijke vetten, maar ook plantaardige olie bleek er geschikt voor. Palmolie is een zogenaamde harde olie, die de zeep stevigheid verleent. Die stevige structuur heeft palmolie te danken aan een hoog gehalte verzadigde vetten.

De grafiek toont de groeiende wereldproductie. BRON: FAO statistics
Sociaal

Sterke groei

Palmolie werd de jongste decennia steeds populairder en kende een enorme groei. Hoewel de industrie in de jaren 1960 nog zeer klein was, groeide palmolie in 2010 uit tot het op drie na belangrijkste landbouwproduct, op economisch vlak. In 2014 produceerden we in totaal 57,6 miljoen ton. Volgens voorspellingen zal de wereldproductie tegen 2020 oplopen tot 80 miljoen ton.

BRON: Saxon & Roquemore (2011)
Sociaal

18,7 miljoen hectare

De grafiek toont de groei van de palmolieplantages in Zuidoost-Azië: Indonesië, Maleisië, Thailand (de drie meest producerende landen) en de Filipijnen, uitgedrukt in miljoen hectare aan oppervlakte die beplant is met oliepalmen.

Tussen 1961 en 2007 verdriedubbelde de wereldwijde oppervlakte aan palmolieplantages. In 2014 bedroeg de totale oppervlakte van de plantages 18,7 miljoen hectare, een gebied waar Nederland en België samen 2,6 keer in passen.

Het hoofdkantoor van Indofood in Jakarta.
Sociaal

Indofood verliest RSPO-certificaat

De grote Indonesische palmolie-producent Indofood verloor eind 2018 zijn RSPO-certificaat. Indofood heeft naar schatting 246.000 hectare palmolieplantages in bezit, een oppervlakte vergelijkbaar met de provincie Antwerpen. Naar aanleiding van een klachtenrapport van de milieuorganisatie Rainforest Action Network (RAN) stelde de RSPO een onderzoek in. Daarbij werden tientallen misstanden vastgesteld, die zowel de RSPO-standaarden als de Indonesische wetten schonden. Er was sprake van wel meer dan vijftien uur onbetaald overwerk per week, een hoog risico op kinderarbeid en slechte werkomstandigheden door veiligheidsrisico’s op de plantages. Een aantal grote voedingsproducenten die palmolie bij Indofood afnamen, waaronder Nestlé en PepsiCo, besloten om de samenwerking te stoppen.

Een conflict op Sulawesi tussen de bevolking en de politie over twee vierkante kilometer grond. Hun huizen zijn illegaal, nu het land door een bedrijf is gekocht.
Sociaal

Tussen 1990 en 2000 waren in Indonesië niet minder dan 12 tot 19 miljoen mensen betrokken bij conflicten gerelateerd aan landgebruik. Dat is 5 à 9 procent van de bevolking. Een groot deel van de conflicten hangt samen met de palmolie-industrie, tijdens een onderzoek in 2016 gold dat voor driekwart van de conflicten

Sociaal

The Guardian maakte een korte reportage over de moeilijke omstandigheden waarin er in het West-Afrikaanse land Liberia palmolie wordt geproduceerd.

Illegale huisvesting wordt met de grond gelijk gemaakt.
Sociaal

Conflicten met de lokale gemeenschappen

De meeste problemen rond landgebruik vinden plaats tussen de grote bedrijven die de plantages bezitten en lokale gemeenschappen. Die leven vaak in moeilijk bereikbaar gebied en zijn afhankelijk van het bos voor hout, water en voedsel. Als het bos gekapt wordt, verliezen ze hun woonplaats of hun levensvoorziening. Gemeenschappen die minder afhankelijk zijn van het bos, krijgen het aan de stok met de bedrijven omdat ze de grenzen van hun land niet respecteren, of omdat er illegale zaken zoals bos kappen zonder vergunning gebeuren. Een organisatie die opkomt voor de rechten van de werknemers en de lokale bevolking is Sawit Watch.

Sociaal

Eind 2016 bracht Amnesty International een rapport uit over de arbeidsomstandigheden op de palmolieplantages die leveren aan het Singaporese bedrijf Wilmar. Dat is ‘s werelds grootste verwerker en verkoper van palmolie; 43 procent van alle palmolie gaat langs Wilmar. De rapporteurs beschrijven kinderarbeid, dwangarbeid en seksuele discriminatie.

Sociaal

Kinder- en dwangarbeid

De arbeiders op de plantages moeten gevaarlijk en ongezond werk uitvoeren, bijvoorbeeld omgaan met pesticiden. Hun loon is vaak niet gebaseerd op het aantal werkuren, maar op de taken die ze vervolledigen (die zeer omvangrijk kunnen zijn). Anderen worden betaald per dag, zodat de werknemer hen makkelijk kan ontslaan en vervangen. Als ze niet rondkomen met hun werk, volgen er (financiële) straffen.

De arbeiders vertellen Amnesty International dat ze hulp krijgen van hun echtgenoten en kinderen om de doelstellingen te bereiken, bonussen te verdienen en straffen te vermijden. Sommige kinderen zijn niet ouder dan acht jaar. De meeste helpen hun ouders na schooltijd of in het weekend, maar sommigen zijn gestopt met school om te kunnen werken. Ze moeten zware lasten dragen en worden blootgesteld aan schadelijke chemicaliën, zoals het herbicide Paraquat. Wereldwijd zijn pesticiden jaarlijks verantwoordelijk voor 200.000 vergiftigingen, waarvan 99 procent in ontwikkelingslanden plaatsvindt.

Sociaal

De olie van Wilmar komt onder meer terecht in producten van multinationals AFAMSA, ADM, Colgate-Palmolive, Elevance, Kellogg's, Nestlé, Procter & Gamble, Reckitt Benckiser en Unilever. Het zit in onder meer Magnum-ijsjes, Knorr-soep en verzorgingsproducten van Dove.

Sociaal

Goed voor de gemeenschap als...

Hoewel gemeenschappen baat kunnen hebben bij palmolie, hangt het succes van de investering in palmolie ook af van de kennis van de landbouwer, bijvoorbeeld zijn ervaring met de methode van aanplanten en het gebruik van meststoffen. Vooral onafhankelijke, kleinschalige plantages zijn positief voor de lokale bevolking, plantages van grote bedrijven niet zozeer. Palmolieplantages kunnen ook enkel goed zijn als ze de lokale landbouw niet verhinderen en lokale werkkrachten gebruiken in plaats van geïmporteerde.

Sociaal

Verplaatsing van het probleem?

De geschikte grond voor palmolie krimpt in Zuidoost Azië, waardoor de sector op termijn verplicht wordt zich te verplaatsen. Waarschijnlijk naar Centraal- en Zuid-Amerika, en terug naar Afrika. Afrika is tenslotte de thuishaven van de oliepalm (verwijs naar begin). Gevreesd wordt dat de palmolie-industrie in Afrika ook tot ontbossing en conflicten zal leiden. Dat kan rampzalig zijn voor onder meer de mensapen die er leven. 42,3 procent van het huidige leefgebied van de Afrikaanse mensapen (chimpansee, bonobo en gorilla) is geschikt voor palmolieplantages. Waarschijnlijk zullen kleine oliepalmboeren het ook moeilijk krijgen als ze moeten concurreren met multinationals.

Verwerking

Sociaal

Vandaag is palmolie de meest gebruikte plantaardige olie. Meer dan de helft van de producten in de supermarkt bevat palmolie.

Sociaal

In 50 procent van de producten

Doordat de olie veel verzadigde vetten bevat, is ze eerder vast dan vloeibaar bij kamertemperatuur. De geraffineerde olie is geur-, smaak en bijna kleurloos. Die eigenschappen maken palmolie aantrekkelijk voor verwerking in voedsel, schoonmaak- en verzorgingsproducten.

Transport

Sociaal

Mass balance

Gecertificeerde olie gescheiden houden van niet-gecertificeerde, is niet vanzelfsprekend. Daarvoor zijn afzonderlijke opslagruimtes en transporten nodig. Omdat dat moeilijk is en duur, wordt de olie van gecertificeerde plantages gemengd met die van niet-gecertificeerde, volgens het mass balance-principe of het ‘Book and Claim’ principe.

‘Book and Claim’, een methode die door het bedrijf GreenPalm en de RSPO (onder de naam ‘RSPO credits’) wordt toegepast, houdt in dat producenten hun duurzame olie verkopen als ‘credits’. Fabrikanten die credits kopen, steunen de duurzame producenten, zonder de duurzame olie zelf fysiek te kopen. Die wordt als gewone palmolie verkocht, en de fabrikant koopt op zijn beurt ongecertificeerde olie. Het certificaat dat hij kocht, mag hij daar wel aan hangen. Vroeger beheerde GreenPalm de certificaten van de RSPO, maar de RSPO zette de samenwerking stop in januari 2017.

Het mass balance-principe wordt ook gebruikt bij bijvoorbeeld chocolade. Het principe komt erop neer dat een deel van het product afkomstig is van gecertificeerde telers, maar niet alles.

Consumptie

BRON: European Palm Oil Alliance
Sociaal

Populaire palm

Palmolie is wereldwijd de populairste plantaardige olie. De grafiek links toont de evolutie van de consumptie van plantaardige olie sinds 1995. In 2015-2016 werd palmolie (oranje) het meest gebruikt, gevolgd door sojaolie (groen), koolzaadolie (geel) en zonnebloemolie (bruin).

Sociaal

Meeste consumptie in Indonesië

Deze grafiek toont waar de meeste palmolie gebruikt werd in 2016.

Sociaal

Hoe weet je of palmolie duurzaam is?

Als consument in de winkel is het meestal onduidelijk of de palmolie in je product al dan niet duurzaam is. ‘Duurzame palmolie’ of een label staat zelden op het etiket, omdat het woord ‘palmolie’ vooral negatieve reacties teweegbrengt. 

Afval