Bij pluimvee worden mest en urine samen uitgescheiden. In de urine zit urinezuur, dat door microben eerst wordt omgezet tot ureum, vervolgens tot ammoniak. Dat proces wordt oa. beïnvloed door het vochtgehalte, de temperatuur, de zuurtegraad en de zuurstofconcentratie.
Hoe vochtiger het strooisel is, hoe meer ammoniak gevormd wordt. Daarom is het belangrijk dat de mest snel kan drogen om de ammoniakemissie te verlagen. Gedroogde snijmaïs kan houtkrullen vervangen als strooiselmateriaal en kan de ammoniakemissie indammen.