Voedselallergieën zijn niet langer beperkt tot de gebruikelijke verdachten. Pinda's en schaaldieren halen misschien nog steeds de krantenkoppen, maar steeds meer mensen reageren op voedingsmiddelen die momenteel niet zijn opgenomen in de Europese allergenenwetgeving. Een onderzoeker in farmacie maakt de balans op.
Nu het aantal gevallen van ernstige allergische reacties toeneemt, dringen deskundigen er bij beleidsmakers op aan om opnieuw te bekijken welke voedingsmiddelen verplicht moeten worden geëtiketteerd. Als iemand die meer dan eens is verrast door verborgen allergenen, juich ik deze stap toe.
Bijna een derde van de Britse bevolking – ongeveer 21 miljoen mensen – leeft met een of andere vorm van allergie. Tussen 1998 en 2018 werden meer dan 100.000 mensen in het ziekenhuis opgenomen vanwege voedselallergieën, en 152 mensen overleden als gevolg daarvan. Ongeveer 6% van de volwassenen in het Verenigd Koninkrijk – ongeveer 2,4 miljoen mensen – heeft een medisch bevestigde voedselallergie.
Volgens de Food Information Regulations 2014 moeten levensmiddelenbedrijven veertien belangrijke allergenen duidelijk op het etiket vermelden wanneer deze als ingrediënten worden gebruikt. Het gaat om granen die gluten bevatten (zoals tarwe, gerst en rogge); schaaldieren (bijvoorbeeld krabben en garnalen); weekdieren (zoals mosselen en oesters); vis; pinda's; noten (waaronder amandelen, hazelnoten en walnoten); soja; melk; eieren; mosterd; sesam; selderij; zwaveldioxide of sulfieten; en lupine. De allergenen moeten op de verpakking worden vermeld of aan gasten worden verstrekt wanneer zij uit eten gaan.
Een belangrijke stap voorwaarts werd gezet in oktober 2021 met de Natasha-wet. Deze wet schrijft voor dat alle voorverpakte levensmiddelen voor directe verkoop (PPDS) een volledige lijst van ingrediënten moeten vermelden, waarbij de veertien belangrijkste allergenen duidelijk moeten worden aangegeven. Deze hervorming dichtte een gevaarlijke maas in de wet en verbeterde de transparantie en veiligheid voor mensen met voedselallergieën aanzienlijk.
Maar recent klinisch onderzoek wijst uit dat zelfs deze bijgewerkte lijst misschien niet meer voldoende is. In een grootschalig onderzoek werden bijna 3.000 gevallen van door voedsel veroorzaakte anafylaxie geanalyseerd die tussen 2002 en 2023 waren gemeld bij het Allergy Vigilance Network (een Europese database die ernstige allergische reacties op voedsel en andere triggers verzamelt en monitort).
Er werden acht voedingsmiddelen geïdentificeerd die momenteel niet op de verplichte etiketteringslijst van de EU en het VK staan en die verantwoordelijk waren voor ten minste 1% van de gevallen van anafylaxie. Het gaat om geiten- en schapenmelk (2,8%), boekweit (2,4%), erwten en linzen (1,8%), pijnboompitten (1,6%), kiwi's (1,5%), appels (1%), bijenproducten (1%) en alfa-gal – een suiker die voorkomt in rood vlees – (1,7%).
De auteurs van de studie stellen dat ten minste vier van deze producten (geiten- en schapenmelk, boekweit, erwten, linzen en pijnboompitten) in aanmerking moeten komen voor verplichte etikettering vanwege hun frequentie, ernst en potentieel voor verborgen blootstelling.
Door de populariteit van veganistische en plantaardige diëten wordt er steeds meer gebruik gemaakt van ingrediënten zoals erwteneiwit, linzenmeel en boekweit, die allemaal in verband worden gebracht met allergische reacties. Uit een onderzoek uit 2022 bleek dat erwteneiwit, dat tegenwoordig veel wordt gebruikt in vleesvervangers, reacties veroorzaakte bij mensen met een allergie voor peulvruchten. Sommige allergenen hebben een vergelijkbare eiwitstructuur, wat leidt tot kruisreactiviteit. Dit roept vragen op over verborgen allergenen, zelfs in ‘gezonde’ voedingsmiddelen.
Het is belangrijk om een echte voedselallergie te onderscheiden van een voedselintolerantie. Bij intolerantie is het immuunsysteem niet betrokken en veroorzaakt het meestal spijsverteringsproblemen, zoals een opgeblazen gevoel, diarree of buikpijn, omdat het lichaam moeite heeft om bepaalde voedingsmiddelen te verteren.
Een voedselallergie daarentegen treedt op wanneer het immuunsysteem bepaalde eiwitten ten onrechte als schadelijk identificeert. Dit veroorzaakt een immuunreactie waarbij immunoglobuline E (IgE)-antilichamen betrokken zijn, die chemische stoffen zoals histamine afgeven. De symptomen kunnen variëren van milde jeuk, netelroos of misselijkheid tot ernstige zwellingen, ademhalingsmoeilijkheden en anafylaxie, meestal binnen enkele minuten of binnen twee uur na blootstelling.
Anafylaxie is een medisch noodgeval. Symptomen kunnen zijn: zwelling van de keel of tong, moeite met ademhalen of slikken, duizeligheid, flauwvallen, bleke of blauwe huid en bewustzijnsverlies. Onmiddellijke behandeling is van levensbelang: de Resuscitation Council UK adviseert om intramusculaire adrenaline toe te dienen in de buitenkant van de dij, met behulp van een auto-injector zoals een EpiPen, en de dosis na vijf minuten te herhalen als de symptomen aanhouden, terwijl u de hulpdiensten belt.
Naast de fysieke risico's brengen voedselallergieën ook een zware emotionele en sociale last met zich mee. Studies tonen aan dat kinderen en hun ouders vaak meer angst ervaren als ze uit eten gaan, naar school gaan of op reis gaan. De voortdurende waakzaamheid die nodig is om een ernstige reactie te voorkomen, kan de levenskwaliteit en geestelijke gezondheid aantasten.
De veertien allergenen die momenteel in de wetgeving zijn vastgelegd, waren een mijlpaal op het gebied van consumentenbescherming. Maar de wetenschap staat niet stil – en allergieën evenmin. Naarmate er nieuwe triggers opduiken, moeten de voedselveiligheidsvoorschriften worden aangepast. Het bijwerken van de allergenenlijst is niet alleen een administratieve taak, maar ook een manier om de volgende noodsituatie te voorkomen en ervoor te zorgen dat iedereen met een gerust hart kan eten.
Dit artikel is een vertaling van The Conversation. De auteur is Dipa Kamdar (Kingston University).