Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Milieu

Kunnen insecten eiwitten duurzamer maken?

De productie van onze dagelijkse kost legt een enorm beslag op de draagkracht van de aarde. Centraal daarin staat de vraag naar eiwitten. Europa wil de productie van eiwitten verduurzamen, en kijkt daarvoor naar onder meer insecten.

Toon Lambrechts

Journalist - Heeft een sterke interesse in het raakpunt tussen wetenschap en ecologie.

De hoeveelheid eiwitten Europa die consumeert een enorm. Een groot deel daarvan komt op rekening van de Europese veeteelt. Elk jaar verbruikt de Europese Unie (EU) ongeveer 27 miljoen ton ruw plantaardig eiwit, waarvan het grootste deel in de voederbak van landbouwdieren belandt. Die behoefte aan eiwitten wordt in de eerste plaats gestild met soja, goed voor 14 miljoen ton, naast koolzaad, peulvruchten, klaver en luzerne. Minder dan de helft van al dat plantaardig eiwit komt van de Europese velden. Voor soja ligt dat aandeel eigen kweek veel lager. Slechts vijf procent wordt in Europa zelf geteeld.

Dat maakt dat de EU enorm veel soja importeert uit Zuid-Amerika en de Verenigde Staten. Geen ideale situatie. De teelt van soja vormt de belangrijkste motor achter ontbossing in Zuid-Amerika, en het transport verbruikt heel wat energie. Bovendien maakt de EU zich op die manier erg afhankelijk van import.

Andere eiwitten

Om die situatie te keren werkt Europa aan een zogenaamde 'eiwittransitie'. Die heeft een tweeledig doel. Onze behoefte aan eiwitten op een meer duurzame manier invullen, en de afhankelijkheid van import verminderen. De eiwittransitie omvat een hele reeks aan beleidsmaatregelen. Meer eiwitten van de eigen akkers, minder vlees op het menu, nieuwe eiwitbronnen aanboren,...

Een van die nieuwe eiwitbronnen zijn insecten. Die zijn namelijk erg goed in het omzetten van voeder naar biomassa. Dat komt omdat ze koudbloedig zijn, en dus geen energie uit voeding nodig hebben om hun lichaamstemperatuur op peil te houden. De droge massa van insecten bestaat grotendeels uit eiwitten, afhankelijk van de soort gaat het om 40 tot 80 procent ruw eiwit.

De samenstelling van insecteneiwitten valt bovendien te vergelijken met vlees, zo vertelt professor Mik Van Der Borght, gespecialiseerd in bio-resources en verbonden aan de Research Group for Insect Production and Processing (IP&P) van de KU Leuven. 'Hun aminozuurprofiel sluit nauw aan bij dat van vlees en bevat alle essentiële aminozuren die ons lichaam nodig heeft om zelf eiwitten aan te maken. Daarnaast bevatten insecten waardevolle vetten, en voedingsstoffen zoals vitamine B12, zink en ijzer, micronutriënten die ons lichaam makkelijker uit dierlijke producten haalt.'

Het imago van insecten als een gezonde en duurzame eiwitbron is terecht, maar verdient enige nuance. In vergelijking met vlees of vis scoren ze erg goed op alle ecologische indicatoren. Maar die vergelijking gaat enkel op in het geval dat men de eiwitten uit insecten direct als voeding gebruikt. Niets dat voedingstoepassingen in de weg staan, maar de aanvaarding van insectenproducten door consumenten in het Westen is erg laag. 'Vandaar dat veruit het meeste onderzoek en investeringen gebeurt in het benutten van insecten als veevoeder of als voeder bij de teelt van vis,' aldus Van Der Borght.

'Insecten gaan niet alles oplossen. Maar ze zijn wel een deel van de oplossing'

Op het bord of in de voederbak?

Insecten benutten als veevoeder heeft nog altijd voordelen op vlak van duurzaamheid. Men kan ze lokaal telen, en ze vragen minder land, water en transport. Maar insecten benutten als veevoeder in plaats van ze zelf op te eten, om vervolgens dat vee te consumeren vereist heel wat extra productiestappen, en elke stap in de keten vraagt nieuwe inputs van grondstoffen en energie. . 'Essentieel hierbij is het voeder dat voor de teelt van insecten gebruikt wordt,' benadrukt Van Der Borght. 'Daarvoor dient men laagwaardige organische afvalstromen in te zetten. Insecten kunnen die laagwaardige reststromen zoals maaisel of voedselafval omzetten tot hoogwaardige biomassa, net daar ligt hun sterkte.'

Sommige onderzoekers en insectentelers voederen insecten soms wel gedeeltelijk met gekweekt voeder zoals meel of soja. Over de vraag of dat wel duurzaam is, heerst discussie. 'De achterliggende redenering is dat de voerefficiëntie van insecten veel hoger is dan die van vee. Maar opnieuw, dat argument gaat alleen op als we de eiwitten en vetten afkomstig van insecten direct consumeren, en niet als tussenstap benutten als veevoeder.'

Stormloop op reststromen

Een grootschalige insectenindustrie kan dus best duurzaam zijn, als men gebruik maakt van laagwaardige organische afvalstromen. Die reststromen dienen dan wel in voldoende hoeveelheid aanwezig te zijn. Want het benutten van organisch afval als voeder voor insecten is niet de enige mogelijke optie. 'Vandaag gaat het grootste deel van ons organisch afval naar energieproductie. Via anaerobe vergisting zet men het om naar methaan, dat vervolgens voor de productie van elektriciteit wordt gebruikt. Dat is jammer, het zou beter zijn deze laagwaardige biomassa om te zetten naar hoogwaardige eiwitten en vetten.'

Van Der Borght is ervan overtuigd dat insecten een rol te spelen hebben in de eiwittransitie. Het blijft essentieel om ons voedingspatroon aan te passen en minder vlees te eten, maar de vraag naar dierlijke eiwitten blijft, en zal zelfs nog toenemen in de toekomst. Het is positief dat Europa zich daarvan bewust is, en naar alternatieven kijkt. Insecten gaan niet alles oplossen. Maar ze zijn wel een deel van de oplossing, ingebed in een hele reeks maatregelen om onze eiwitbehoefte te verduurzamen en de afhankelijkheid van geïmporteerde soja te verminderen.'

Bronvermelding