Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Gezondheid

De psychologie van eten: het is nooit zo eenvoudig als 'goed' of 'slecht'

We denken meestal dat eten eenvoudig is - een biologische reactie op hoe hongerig of vol we ons voelen. Maar eten en genieten is een zeer complex proces. Onze opvoeding, de invloed van anderen zoals familie en vrienden, onze emoties, de media, onze opleiding en onze gezondheidstoestand zijn allemaal van grote invloed op hoe, wat en wanneer we eten. Dan is er nog de manier waarop voedsel wordt gekookt en bereid, onze religieuze overtuigingen en waarden, en onze toegang tot voedsel. Professor psychologie Vivienne Lewis (University of Canberra) werkt rond eetstoornissen en licht toe hoe het brein over eten denkt.

The Conversation

The Conversation is een onafhankelijke, non-profit journalistieke website die nieuws en achtergrond afkomstig uit de academische gemeenschap publiceert.

Wanneer ik werk met mensen met een eetstoornis, hoor ik vaak dat hun dierbaren vragen waarom zij niet gewoon eten als een 'normaal' mens. Ze kunnen niet begrijpen waarom ze moeite hebben met eten. Ik probeer uit te leggen dat eten sterk wordt beïnvloed door de manier waarop we denken over voedsel, ons lichaam en onszelf.

Experimenteren met smaak

Zintuiglijke gevoeligheid kan een sterke invloed hebben op onze voedselvoorkeuren. Dit kan een factor zijn voor mensen met autisme, die gevoelig kunnen zijn voor hoe voedsel smaakt, aanvoelt, eruitziet of ruikt. Ze kunnen overgevoelig zijn voor sensaties waar anderen geen last van hebben. Ze kunnen bijvoorbeeld niet houden van de manier waarop voedsel aanvoelt in hun mond en zo een afkeer ontwikkelen voor dat soort voedsel.

Dit wordt vaak 'kieskeurig eten' genoemd, waarbij iemand bepaald voedsel niet wil eten. Overgevoeligheid wordt een probleem als het betekent dat iemand zo beperkt is in wat hij eet, dat hij ondervoed of ongezond wordt als gevolg van zijn voedselkeuzes. Dit kan vervelend en verontrustend zijn voor familie en dierbaren. Gespecialiseerde diëtisten en psychologen kunnen werken met mensen met aversies en overgevoeligheden.

Ook mensen die niet autistisch zijn, kunnen dieetbeperkingen en -voorkeuren hebben. Onze cultuur en onze vertrouwdheid met bepaalde voedingsmiddelen beïnvloeden onze eetgewoonten en ons plezier in eten. Hoe experimenteel we zijn met voedsel hangt vaak af van hoe gevarieerd ons dieet is geweest tijdens het opgroeien. Als kinderen bijvoorbeeld worden blootgesteld aan een beperkte variëteit van voedingsmiddelen, zijn zij als adolescenten en volwassenen vaak minder geneigd om onbekend voedsel uit te proberen, uit angst voor het onbekende.

Alex Haney - Unsplash

Eten als een karwei

Sommige mensen vermijden eten en doen er lang over om voedsel te eten. In extreme gevallen gaat dit gepaard met restrictieve eetstoornissen en voedselaversie. Er is sprake van voedselaversie als iemand niet van eten houdt of heel weinig plezier aan eten beleeft. Maaltijden kunnen worden gezien als een ongemak of een karwei. Mensen eten soms alleen sterk bewerkte voedingsmiddelen, zoals afhaalmaaltijden of hamburgers van de drive-through. Zij kunnen lange perioden zonder eten als het beperkte voedsel dat zij lekker vinden niet beschikbaar is. Het is als een eetfobie.

Als mensen veel lichaamsgewicht verliezen door hun tegenzin om te eten of in het algemeen ongezond worden, draait de behandeling om eten volgens de klok en het instellen van een routine, maar ook om desensibilisatie voor eten, waardoor het meer een karwei kan worden. Meer sociaal eten met vrienden en de eetervaring aangenamer maken, kunnen helpen.

Als etenstijd wordt geassocieerd met negatieve ervaringen, zoals ruziemaken rond etenstijd, kan het plezier van eten met het gezin soms verloren gaan. Eten koppelen aan plezierige interacties is belangrijk voor gezond eten.

Goede en slechte voeding

Voedselvoorkeuren kunnen ook worden aangeleerd. Bij eetstoornissen zoals anorexia nervosa, ontwikkelen mensen een heleboel regels over welk voedsel 'goed' of 'slecht' is. Meestal hechten we deze waardeoordelen aan caloriearme of 'gezonde' voedingsmiddelen. Het eten van deze voedingsmiddelen kan een persoon zich meer comfortabel en positief over zichzelf te voelen. Als ze 'slechte' voedingsmiddelen eten, meestal die met veel suiker en koolhydraten, kunnen ze zich schuldig en negatief voelen over hun lichaam en zichzelf.

Als deze overtuigingen rigide en beperkend worden, kan heropvoeding mensen helpen flexibeler met hun eten om te gaan, bijvoorbeeld door in staat te zijn voedsel te eten zonder schuldgevoel. Ik praat graag over alle voedingsmiddelen als 'goede' voedingsmiddelen en richt me op hun functie in en voor het lichaam. Suiker helpt ons bijvoorbeeld energie te geven, koolhydraten helpen ons te concentreren.

Kelsey Chance - Unsplash

Voedsel als beloning

We eten ook als reactie op onze emoties. We kunnen 'stress-eten' om onszelf af te leiden van een dringend probleem, of traktaties eten om onszelf te belonen voor iets wat we niet leuk vinden. Als kinderen voor goed gedrag of een prestatie lolly's, ijs of iets anders krijgen dat ze heel graag eten en misschien niet vaak krijgen, wordt voedsel een krachtige beloning. De omgekeerde actie - het onthouden van voedsel, zoals een toetje, voor slecht gedrag - is ook krachtig.

Complexe associaties

De manier waarop we eten en wat we eten houdt dus verband met hoe we ons voelen, met wie we omgaan, onze ervaringen met voedsel, onze associaties met bepaalde soorten voedsel, maar ook met onze eenvoudige biologische behoefte aan brandstof en energie.

Onze relatie met voedsel is meer dan een eenvoudige reactie op honger, het is een complex samenspel van onze emoties, onze vertrouwdheid met voedsel, onze zintuigen en onze cultuur en opvoeding.

Dit artikel is een vertaling van The Conversation. De auteur is Vivienne Lewis (University of Canberra).

Bronvermelding