Deze website gebruikt cookies. Ik ga akkoord met de privacy policy
OK
Filter
Milieu Sociaal Gezondheid Dierenwelzijn

Hoe werkt dat, zo'n tracé?

In een tracé volg je al scrollend de weg die een product aflegt, van de teelt tot afval. In de menubalk bovenaan klik je op de verschillende stadia in het tracé om meteen te springen naar het stadium waarin je interesse hebt. 

Linksboven staan de vier categorieën Milieu, Sociaal, Gezondheid en Dierenwelzijn. Je kunt de informatie filteren op die categorieën.

Tijdens het scrollen kom je de knop 'Laad meer info over ...'. Druk daarop om alle informatie binnen een stadium te laden.

Tussen de informatieblokjes kom je ook artikels tegen waarin onze journalisten dieper ingaan op een opmerkelijk aspect binnen het tracé van het product. 

Onderaan deze pagina kun je reacties plaatsen over de informatie die je hebt gelezen. Ook op de Community-pagina vind je mogelijkheden om je mening, aanvulling, of compliment te geven.

Veel plezier met dit tracé!

sluiten

Tracé van Wild

hoe werkt dit?
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn
Milieu
Sociaal
Gezondheid
Dierenwelzijn

Tracé van Wild

Intro

artikel

Van jager tot jachtsaus

In 2020 werden in Vlaanderen 856.338 wilde dieren geschoten. Het wildseizoen loopt van 15 oktober tot begin januari. Dat heeft meer met traditie te maken dan met de daadwerkelijke beschikbaarheid van het vlees. Wild is de naam die wordt geplakt op alle diersoorten die bejaagd worden in de natuur, maar een deel van het wild dat op ons bord belandt komt uit de kweek. De jacht is in Europa aan strenge regels onderhevig. Zo wil men wildpopulaties beschermen en in stand houden, maar jacht toch mogelijk maken. De belangrijkste punten uit het Tracé van Wild lees je hier.

Matthieu Van Steenkiste

Journalist - Schrijft over voeding, muziek en film.

Jacht

Wat is wild?

'Wild' is de verzamelnaam voor dieren die we eten maar die niet 'gedomesticeerd' zijn. Domesticatie vindt plaats door dieren generaties lang in gevangenschap te houden en er selectief mee te kweken zodat ze eigenschappen krijgen die aangepast zijn aan onze voorkeuren, bijvoorbeeld melkkoeien met een hoge melkproductie. Diersoorten die gelden als 'wild' zien er hetzelfde uit als in de vrije natuur. Wild dat je koopt in de winkel of bij de slager kan zowel in de vrije natuur gevangen of geschoten zijn, of gekweekt.

Jagers onderscheiden drie types wild. Er is kleinwild: haas, fazant en patrijs. Daarnaast is er ook grofwild zoals ree, hert, everzwijn en moeflon. Onder waterwild verstaat men wilde eend, smient, grauwe gans, kievit en Canadese gans. Tot slot is er overig wild: konijn, houtduif, vos en verwilderde kat.

Wie mag jagen?

Iedereen in Vlaanderen kan jager worden, mits hij zijn jachtvergunning heeft. Die krijg je na een jaar opleiding, die eindigt met een door de overheid georganiseerd examen. In die opleiding word je onder meer onderricht in biologie en faunabeheer, veiligheid en kennis van de wetgeving. Zo moet je de verschillende wildsoorten op zicht kunnen herkennen. Aan het examen is ook een praktische proef verbonden waarbij je wapenbeheersing wordt getest.

Kogels

Er wordt bij de jacht zowel met kogels als met hagel geschoten. Kleinwild zoals fazant, haas, patrijs wordt met hagel geschoten. Grofwild als ree, edelhert, varkens worden met de kogel geschoten. De keuze van munitie hangt af van de grootte van het dier. Kleine dieren raken van de impact van een kogel te beschadigd om nog geconsumeerd te worden.

Milieu

Het hele jaar door

De jacht is iets wat door het volledige jaar aandacht krijgt. In een jachtgebied wordt ook voor de jacht gewerkt om de dieren in de best mogelijke conditie te krijgen. Voor het jachtseizoen wordt vastgesteld wat de dierpopulatie is, en wat het overtal is dat geschoten mag worden om die niet in gevaar te brengen. Ook de druk op de landbouw wordt meegenomen in die overweging. Dat beheer gebeurt onder toezicht van het Vlaamse Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) aan wie de afschotcijfers en jachtvoorspellingen worden doorgegeven. Op basis daarvan wordt een faunabeheerplan opgesteld dat stipuleert wat er precies gejaagd kan worden. Bijvoorbeeld een tweejarig mannetjeshert en een vierjarig mannetjeshert – de leeftijd kan worden afgelezen aan de vertakkingen van het gewei. Dat luistert zeer nauw voor de jager want er staan zware boetes op het afschieten van het verkeerde dier.

Sociaal

Vlaanderen telt zo’n 13.000 jagers. Dat aantal bleef het jongste decennium min of meer stabiel, maar daalde lichtjes tijdens de coronacrisis. Jagers schieten jaarlijks meer dan 800.000 dieren in Vlaanderen alleen.

Cijfers: INBO
Sociaal

Vlaamse jacht op houtduif

In Vlaanderen is de meest geschoten diersoort de houtduif. Althans, dat geldt binnen de zogenaamde ‘wildbeheereenheden’. Daar gebeurt de jacht deels in functie van het wildbeheer, om populaties in evenwicht te houden of om schade te voorkomen. Deze grafiek toont de afschotcijfers binnen wildbeheereenheden in 2020.

Laad nog meer info over Jacht

Een ogenblikje ...
We laden meer info over Jacht.

Kweek

Gekweekte patrijzen of fazanten

In de retail vind je vaak gekweekte patrijzen of fazanten. Het voordeel voor hen is dat het vlees langer houdbaar is, en ook geen hagelresten kan bevatten. De smaak van deze dieren is echter een stuk zachter dan de typische wildsmaak.

Sociaal

Moeilijk te kweken

Niet elk wild leent zich tot kweek. Reeën en hazen planten zich bijvoorbeeld zeer moeilijk voort in gevangenschap. Toch heeft Nieuw-Zeeland zich gespecialiseerd in kweekhert.

Rendieren in Lapland.
Sociaal

Kweekhert

In China worden herten al langer dan een eeuw gekweekt, voornamelijk voor de productie van traditionele geneesmiddelen. De hertenkweek is in andere landen in opmars, met Nieuw-Zeeland als grootste producent. De meest gekweekte hertensoort is het edelhert, met op de tweede plaats het rendier. Daarna volgen wapiti, sikahert, Javaans hert, damhert en muskushert. De meeste hertensoorten worden net als andere soorten vee binnen een omheining gehouden. Rendieren vormen hier een uitzondering op. Zij trekken rond, vergezeld van een herder.

Sociaal

Hertenhouderijen in de Benelux

In België bestaan er 55 hertenkwekerijen en in Nederland zes. Opgeteld lopen er op die bedrijven zo’n 1100 herten rond.

Hertenkwekerij in Nieuw-Zeeland. Foto: Johanna Remus
Milieu

Koolstofvoetafdruk kweekhert

Net als koeien, geiten en schapen, produceren herten methaangas (CH4) tijdens het herkauwen. Dat gas veroorzaakt een broeikaseffect dat 28 keer zo groot is als het effect van CO2. Nieuw-Zeelandse onderzoekers vergeleken de dagelijkse methaanuitstoot van koeien, schapen en herten. Zij stelden vast dat herten 31.5 gram methaan per dag uitstoten. Dat is minder dan runderen (140.4 g CH4/day), maar meer dan schapen (18.3 g CH4/day).

Er bestaan weinig studies naar de totale koolstofvoetafdruk van de hertenkweek. Indonesische onderzoekers berekenden dat Javaanse herten verantwoordelijk zijn voor ongeveer 17.5 kg CO2-equivalenten per kilogram levend lichaamsgewicht. Dit cijfer valt moeilijk te vergelijken met andere soorten vlees, omdat de uitstoot doorgaans berekend wordt per kilogram eetbaar vlees.

Klassieke kooien voor de konijnenkweek. Diervriendelijkere kooien hebben onder meer een plastic vloer.
Sociaal

Belgische konijnen

In België zijn er 15 bedrijven die konijnen kweken voor hun vlees. Van de 700.000 konijnen die in België gekweekt worden, leven er 400.000 in zogenaamde ‘parkkooien’. Dat zijn kooien met een kunststof bodem, die voorzien zijn van een platform om op te springen, een tunnel om te schuilen en knaagmateriaal zoals hout. De konijnen leven in groepen van maximaal twintig dieren leven, op een oppervlakte van 800 vierkante centimeter per konijn. In ‘reguliere’ kooien heeft ieder konijn zo’n 600 vierkante centimeter ter beschikking. Een vleeskonijn leeft doorgaans tien weken voor het geslacht wordt.

Dierenwelzijn

Zo ziet een parkkooi voor konijnen eruit

Verwerking

Ontwijding

Na de jacht worden de dieren opengelegd en van hun ingewanden ontdaan. Dat noemt men de ontwijding, en die is nodig om het opzetten en ontploffen van het karkas tegen te gaan. Die ingewanden worden gevoerd aan de jachthonden. De lever wordt vaak door de jagers mee naar huis genomen. Bij mannetjesdieren snijdt men ook de jachttrofee – het gewei of de slagtanden – van de buit. Bij klein wild is het ontwijden niet nodig. Dat kan gerust nog twee dagen besterven in de koeling zonder risico op gasvorming.

Eerste en tweede keuring

Veel jagers zijn opgeleid tot gekwalificeerd persoon, en mogen dus de eerste keuring van het wildbraad doen of het voor consumptie geschikt is. Er moet altijd nog een tweede keuring door een veearts gebeuren. Jagers mogen hun wild dus niet aan derden verkopen, al mag consumptie voor eigen gebruik dan weer wel. Verder moet alle wild voor de handel via een wildverwerkingseenheid worden behandeld, waar een veearts het vlees keurt voor het verder versneden wordt.

Villen en plukken

Voor verdere verwerking laat men daar het vlees in een koeling besterven. Dat wil zeggen dat het vlees na leegbloeden van het dier rijpt en ook malser wordt. Na enkele dagen wordt het dier dan verwerkt: men gevilt het karkas door de huid te verwijderen, en er vindt ook een tweede keuring plaats door een staal van het vlees te testen. Bij de meeste dieren gaat dat steekproefgewijs, enkel bij everzwijnen wordt van elk dier een staal genomen dat wordt gecontroleerd op trychinella, een rondworm waar de diersoort gevoelig aan is. In tegenstelling tot het slachten van kippen, is bij wildgevogelte de slacht zeer arbeidsintensief en niet machinaal. Het plukken van de dieren is handarbeid.

Gezondheid

Meer paté dan wild

Wat zit er in wildpaté? Om die vraag op te lossen, voerde Test Aankoop in 2018 een reeks DNA-analyses uit op 42 wildpatés van verschillende merken. Wildepaté wordt beschouwd als kwalitatief als er minstens 20% wild vlees in zit, maar de helft van de onderzochtte patés bevatte minder dan 18%. Een paar bevatten zelfs minder dan 10%. Bij de beste patés was de fabrikant guller geweest, met tot 28% wild vlees.

Transport

Wildverwerkingsbedrijf

Na de jacht wordt het wild getransporteerd in koelwagens naar een wildverwerkingsbedrijf. Van daar gaat het opnieuw met vrachtwagens naar de retail en de restaurants.

Milieu

Herkomst

Gekweekt hertenvlees kan zowel per boot uit Nieuw-Zeeland worden getransporteerd als per vliegtuig worden ingevlogen. Het vlees wordt al versneden en vacuüm verpakt, zodat het lang – tot negentig dagen – houdbaar is. In 2020 werd 102.623 kilogram hertenvlees ingevoerd uit dat land. Geschoten wild is afkomstig uit eigen land of verder op in Europa. Dat kan ook uit Polen, Hongarije, Frankrijk, Spanje of Groot-Brittannië zijn, afhankelijk van de prijs. In 2020 werd ook 98.693 kilogram haas ingevoerd uit Uruguay en Argentinië en 46.250 kilogram wild zwijn uit Australië en de Verenigde Staten.

Sociaal

Wild uit het buitenland

In zowel België als Nederland is de vraag naar wild groter dan het lokale aanbod. Daardoor wordt wild geïmporteerd vanuit het buitenland, zowel afkomstig van de jacht als van kwekerijen. Precieze cijfers over het aandeel van geïmporteerd wild zijn moeilijk te vinden, maar in België gaat het naar schatting om tachtig procent.

Bron: FAO (2019)
Sociaal

Export

Deze grafiek toont de 15 landen die het meeste wild exporteren. Nieuw-Zeeland is de belangrijkste exporteur, doordat er zoveel herten gekweekt worden. Ook Nederland en België staan hoog bovenaan de lijst, maar dat komt doordat de Lage Landen ook veel wild invoeren.

Bron: FAO (2019)
Sociaal

Import

Deze grafiek toont de 15 landen die het meeste wild importeren. Nederland is het grootste en België het derde grootste importland.

Consumptie

Wildsmaak

Wild heeft zijn typische eigen smaak, die contrasteert met de zachtere smaak van gekweekt vlees. Eén element daarin is dat kweekdieren veel sneller worden geslacht, terwijl wild al wat oudere dieren kunnen zijn, en die dus ook een sterkere smaak hebben. Dat ze zich niet enkel met gras of mais voeden, maar met een breed gamma aan planten en vruchten als eiken of kastanjes, heeft ook een invloed op de smaak. In tegenstelling tot gekweekte dieren, hebben deze dieren ook lichamelijk meer beweging, waardoor de spieren meer myoglobine bevatten, een eiwit dat de opname van zuurstof stimuleert en het vlees donkerder en krachtiger van smaak maakt. Een laatste element dat aan de smaak bijdraagt zijn de hormonen. Geslachtsrijpe mannetjesdieren zullen altijd wat steviger smaken.

Gezonder?

Over het algemeen geldt dat we best niet al te vaak vlees eten. Een overwegend plantaardig voedingspatroon biedt de grootste voordelen op vlak van gezondheid en milieu. Vlees is niettemin rijk aan de vitamines B1, B6 en B12 en het mineraal zink. Daarnaast levert het vitamine B2 en de mineralen ijzer, fosfor en seleen. Lever is daarenboven rijk aan vitamine A, maar ook aan cholesterol wat het af te raden maakt voor mensen die daar op moeten letten. Vlees bevat van nature eiwit en vet. Er zitten geen of amper koolhydraten in. De hoeveelheid eiwit en vet staan met elkaar in verband. Des te vetter het vlees des te lager het eiwit gehalte en andersom. In tegenstelling tot gedomesticeerde soorten bevat wildvlees minder vet.

Toch is het meeste wildvlees – denk maar aan hert, everzwijn, eend en haas – rood vlees, en daar te grote hoeveelheden van eten kan ongezond zijn. Men raadt aan om niet meer dan 300 gram rood vlees per week te eten. De WHO noemt rood vlees immers mogelijk kankerverwekkend, en doelt dan voornamelijk op darmkanker. Ook een hoger risico op beroertes en longkanker worden met rood vlees in verband gebracht. Wil je toch rood vlees eten, dan geniet (vers) wild, dat minder vet is, echter wel de voorkeur boven orgaanvlees, of bereide vleesproducten.

Sociaal

Echt Wild Keurmerk

In Nederland bestaat sinds 2018 het Echt Wild keurmerk, dat aangeeft dat vlees afkomstig is van dieren die vrij in het wild geleefd hebben en dat de herkomst van het product traceerbaar is. Er bestaat geen Belgische variant van het label, maar sommige winkels vermelden wel de herkomst van hun wild.

Afval

Lippenstift en tapijt

Na het uitbenen wordt het afval – huiden, veren, hoeven, botten – opgehaald door Rendac. Van everzwijnen wordt het vet gesmolten, en verwerkt in onder andere lippenstift en make-up. De mooiste huiden worden door bedrijven opgekocht om te looien tot tapijten. De botten kunnen ook worden afgekookt om wildfond van te maken.

Bronvermeldingen